201310424/1/R2.
Datum uitspraak: 12 november 2014
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Innovant B.V., gevestigd te Wormerveer, gemeente Zaanstad, en andere,
appellanten,
en
de raad van de gemeente Zaanstad,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 5 september 2013 heeft de raad het bestemmingsplan "Bedrijventerrein Noorderveld" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben Innovant B.V. en andere beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 3 oktober 2014, waar de raad, vertegenwoordigd door drs. M. Visser en mr. A.H. Kroeze, beiden werkzaam bij de gemeente, is verschenen.
Overwegingen
1. Bij de vaststelling van een bestemmingsplan heeft de raad beleidsvrijheid om bestemmingen aan te wijzen en regels te geven die de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig acht. De Afdeling toetst deze beslissing terughoudend. Dit betekent dat de Afdeling aan de hand van de beroepsgronden beoordeelt of aanleiding bestaat voor het oordeel dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Voorts beoordeelt de Afdeling aan de hand van de beroepsgronden of het bestreden besluit anderszins is voorbereid of genomen in strijd met het recht.
2. Het plan voorziet in een actueel juridisch-planologisch kader voor het woon- en werkgebied dat is gelegen tussen de Provincialeweg (N246), de Ned Benedictweg (N514), de Noorddijk en de Zaan. Het plan heeft een conserverend karakter.
3. Innovant B.V. en andere stellen dat ten onrechte de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.1" onderscheidenlijk de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.2" is toegekend aan de gronden betreffende de percelen aan de Rosbayerweg 142 onderscheidenlijk Rosbayerweg 140 te Wormerveer. Zij betogen daartoe dat dit een beperking inhoudt van het voorheen geldende plan, dat zij minder mogelijkheden hebben die gronden te (laten) gebruiken en dat zij daardoor schade zullen lijden. Daarbij betwijfelen zij de noodzaak om de toegestane categorie te beperken.
Voorts stellen Innovant B.V. en andere dat in het plan ten onrechte niet is voorzien in de mogelijkheid tot het plaatsen van een windturbine met een ashoogte van 50 meter. Het niet toestaan van een windturbine ter plaatse is volgens hen in strijd met het gemeentelijk beleid ten aanzien van groene energie. Daarbij is een windturbine ter plaatse passend, aldus Innovant B.V. en andere.
3.1. De raad stelt zich op het standpunt dat met het plan is aangesloten bij het bestaande gebruik. Hij wijst er daarbij op dat geen sprake is van concrete plannen van Innovant B.V. en andere die de toekenning van een hogere categorie noodzakelijk maken. Bovendien acht de raad de percelen niet langer geschikt voor bedrijvigheid uit een hogere categorie. Voorts betoogt de raad dat het niet voorzien in de mogelijkheid van een windturbine ter plaatse niet in strijd is met het gemeentelijk beleid.
3.2. In de verbeelding is weergegeven dat aan de gronden betreffende de percelen, de bestemming "Bedrijventerrein" is toegekend. Aan het perceel aan de Rosbayerweg 142 is voorts de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.1" toegekend en aan het perceel aan de Rosbayerweg 140 de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.2".
Ingevolge artikel 4, lid 4.1, van de planregels zijn de voor "Bedrijventerrein" aangewezen gronden bestemd voor:
a. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.1" bedrijven, die staan genoemd in de ‘Staat van Bedrijfsactiviteiten - Bedrijventerrein’ tot en met categorie 3.1;
b. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.2" bedrijven, die staan genoemd in de ‘Staat van Bedrijfsactiviteiten - Bedrijventerrein’ tot en met categorie 3.2;
[…]
3.3. De Afdeling stelt vast dat het bestaande gebruik op het perceel aan de Rosbayerweg 140 thans categorie 3.1 betreft en op het perceel aan de Rosbayerweg 142 categorie 1. Niet in geschil is dat het bestaande gebruik op de percelen aan de Rosbayerweg 140 en de Rosbayerweg 142 als zodanig is bestemd en dat in het plan voor beide percelen reeds is voorzien in de mogelijkheid voor toekomstig gebruik in een hogere categorie.
Voor zover Innovant B.V. en andere een hogere categorie wensen dan is toegekend, overweegt de Afdeling dat de raad hierin in redelijkheid niet heeft voorzien. Daartoe heeft de raad van belang kunnen achten dat de percelen niet langer geschikt zijn voor bedrijvigheid uit een hogere categorie gelet op de perceelsgrootte, de ontsluitingsmogelijkheden en de omgeving met onder meer woningen. Voorts heeft de raad van belang kunnen achten dat van concrete plannen tot vestiging van bedrijfsactiviteiten uit een hogere categorie ter plaatse niet is gebleken.
Gelet hierop heeft de raad in redelijkheid de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.1" onderscheidenlijk de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.2" kunnen toekennen aan de percelen aan de Rosbayerweg 142 onderscheidenlijk de Rosbayerweg 140.
Het betoog faalt.
4. Voor zover Innovant B.V. en andere betogen dat ten onrechte niet is voorzien in de mogelijkheid tot het plaatsen van een windturbine, overweegt de Afdeling dat de raad zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het niet mogelijk maken van een windturbine ter plaatse niet in strijd is met gemeentelijk beleid. Hierbij neemt de Afdeling in aanmerking dat uit het gemeentelijk beleid neergelegd in de structuurvisie "Ruimtelijke Structuurvisie 2020, Zichtbaar Zaans" blijkt dat het bedrijventerrein Noorderveld, waar de percelen deel van uitmaken, is aangemerkt als secundair zoekgebied. Voorts blijkt uit de structuurvisie dat pas zal worden onderzocht of in een secundair zoekgebied mogelijkheden zijn tot het plaatsen van windturbines, wanneer blijkt dat de primaire zoekgebieden onvoldoende ruimte en capaciteit bieden. De raad heeft onweersproken gesteld dat geen aanleiding bestaat om aan de secundaire zoekgebieden toe te komen, nu momenteel pas onderzoek wordt gedaan naar ontwikkelmogelijkheden in een primair zoekgebied nabij het Noordzeekanaal. Overigens is ook in de structuurvisie vermeld dat de aanwijzing als zoekgebied op zichzelf niet inhoudt dat plaatsing van een windturbine zonder meer binnen dat gebied wordt toegestaan. Gelet op het voorgaande heeft de raad in redelijkheid niet kunnen voorzien in een mogelijkheid tot plaatsing van een windturbine op de gronden van Innovant B.V. en andere.
Het betoog faalt.
5. Het beroep is ongegrond.
6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. J. Kramer, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M. Vogel-Carprieaux, griffier.
w.g. Kramer w.g. Vogel-Carprieaux
lid van de enkelvoudige kamer griffier
Uitgesproken in het openbaar op 12 november 2014
458-815.