ECLI:NL:RVS:2014:4768
Raad van State
- Hoger beroep
- J.C. Kranenburg
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag inschrijving in het register voor beëdigde tolken en vertalers
Op 31 december 2014 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in het hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 14 mei 2014. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag door de minister van Veiligheid en Justitie voor inschrijving in het register voor beëdigde tolken en vertalers. De minister had op 29 juli 2013 de aanvraag van [appellant] afgewezen, waarna het bezwaar van [appellant] op 6 december 2013 ongegrond werd verklaard. De rechtbank heeft in haar uitspraak van 14 mei 2014 het beroep van [appellant] tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
Tijdens de zitting op 4 december 2014 heeft [appellant], bijgestaan door zijn advocaat mr. D. Coskun, zijn gronden van hoger beroep toegelicht. Hij herhaalde de argumenten die eerder bij de rechtbank naar voren waren gebracht, maar kon niet overtuigend aantonen dat de rechtbank de eerdere beslissing onjuist had beoordeeld. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de ervaring van [appellant] als tolk en vertaler niet voldoende was voor inschrijving in het register. Ook het beroep op het vertrouwensbeginsel, dat voor het eerst in hoger beroep werd aangevoerd, werd door de Afdeling buiten beschouwing gelaten, omdat dit argument eerder bij de rechtbank naar voren had moeten worden gebracht.
De Afdeling bestuursrechtspraak heeft geconcludeerd dat het hoger beroep ongegrond is en heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. J.C. Kranenburg, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. J. de Vries, griffier. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 31 december 2014.