ECLI:NL:RVS:2015:2408

Raad van State

Datum uitspraak
29 juli 2015
Publicatiedatum
29 juli 2015
Zaaknummer
201404747/2/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestuursrechtelijke procedure inzake bestemmingsplan Vlijmen en Vliedberg herziening 2013

In deze zaak heeft de Raad van State op 29 juli 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen Gasunie Transport Services B.V. en de raad van de gemeente Heusden. Het geschil betreft het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013", dat op 18 februari 2014 door de raad is vastgesteld. Gasunie heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, omdat het bestemmingsplan in strijd zou zijn met de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad van State heeft in een tussenuitspraak van 25 februari 2015 de raad opgedragen om binnen 12 weken de gebreken in het besluit te herstellen. De raad heeft vervolgens op 12 mei 2015 het bestemmingsplan gewijzigd. Gasunie heeft geen zienswijze ingediend over deze wijziging, wat door de Raad van State is geïnterpreteerd als geen bezwaar tegen het nieuwe besluit. De Raad van State heeft het beroep van Gasunie gegrond verklaard voor het oorspronkelijke besluit van 18 februari 2014, maar ongegrond voor het gewijzigde besluit van 12 mei 2015. De Raad heeft het oorspronkelijke besluit vernietigd voor zover het betrekking heeft op de bestemming "Wonen" binnen een afstand van vijftien meter van het gasontvangststation. Tevens is de raad van de gemeente Heusden gelast om het griffierecht aan Gasunie te vergoeden.

Uitspraak

201404747/2/R3.
Datum uitspraak: 29 juli 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Gasunie Transport Services B.V., gevestigd te Groningen,
appellante,
en
de raad van de gemeente Heusden,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 18 februari 2014, kenmerk 373863, heeft de raad het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft de Gasunie beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 22 januari 2015, waar de Gasunie, vertegenwoordigd door S. Fokkema en S. Tolner, en de raad, vertegenwoordigd door ing. M.R. Molijn, zijn verschenen.
Bij tussenuitspraak van 25 februari 2015, in zaak nr. 201404747/1/R3, heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen 12 weken na verzending van de tussenuitspraak de daarin omschreven gebreken in het besluit van 18 februari 2014 te herstellen. Deze tussenuitspraak is aangehecht.
Bij besluit van 12 mei 2015 heeft de raad ter uitvoering van de tussenuitspraak het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013" gewijzigd.
De Gasunie is in de gelegenheid gesteld haar zienswijze over de wijze waarop de gebreken zijn hersteld naar voren te brengen. Van deze gelegenheid heeft zij geen gebruik gemaakt.
De Afdeling heeft bepaald dat een nadere zitting achterwege blijft. Vervolgens heeft de Afdeling het onderzoek gesloten.
Overwegingen
1. De Afdeling heeft in overweging 4 van de tussenuitspraak overwogen dat het besluit van 18 februari 2014, voor zover dit ziet op het plandeel met de bestemming "Wonen" binnen een afstand van vijftien meter van het bouwvlak dat ziet op het gasontvangststation van de Gasunie, en de artikelen 18, lid 18.3, en 25, lid 25.2.2, van de planregels is genomen in strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb).
2. Gelet op hetgeen is overwogen in de tussenuitspraak is het beroep van de Gasunie gegrond. Het besluit van 18 februari 2014 dient te worden vernietigd, voor zover dit ziet op het plandeel met de bestemming "Wonen", binnen een afstand van vijftien meter van het bouwvlak dat ziet op het gasontvangststation van de Gasunie en de artikelen 18, lid 18.3, en 25, lid 25.2.2, van de planregels.
3. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen 12 weken na verzending van de tussenuitspraak het besluit te wijzigen door vaststelling van een passende planregeling voor de in de tussenuitspraak in overweging 4 bedoelde planonderdelen.
4. Ter uitvoering van de tussenuitspraak heeft de raad bij besluit van 12 mei 2015 het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013" gewijzigd.
5. Ingevolge artikel 6:19, eerste lid, van de Awb heeft een beroep van rechtswege mede betrekking op een besluit tot intrekking, wijziging of vervanging van het besteden besluit, tenzij partijen daarbij onvoldoende belang hebben.
6. De Gasunie heeft naar aanleiding van het nieuwe besluit geen zienswijze ingediend. De Afdeling leidt hieruit af dat de Gasunie geen bezwaren heeft tegen het besluit van 12 mei 2015. Het van rechtswege ontstane beroep is ongegrond.
7. Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen, is niet gebleken.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. verklaart het beroep tegen het besluit van de raad van de gemeente Heusden van 18 februari 2014, kenmerk 373863, tot vaststelling van het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013" gegrond;
II. vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Heusden van 18 februari 2014, kenmerk 373863, tot vaststelling van het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013", voor zover dat ziet op het plandeel met de bestemming "Wonen", binnen een afstand van vijftien meter van het bouwvlak dat ziet op het gasontvangststation van de Gasunie en de artikelen 18, lid 18.3, en 25, lid 25.2.2, van de planregels.
III. verklaart het beroep tegen het besluit van de raad van de gemeente Heusden van 12 mei 2015 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Vlijmen en Vliedberg herziening 2013" ongegrond;
IV. gelast dat de raad van de gemeente Heusden aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Gasunie Transport Services B.V. het door haar voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 328,00 (zegge: driehonderdachtentwintig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. W.D.M. van Diepenbeek, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. S.J.R.R. Brock, griffier.
w.g. Van Diepenbeek w.g. Brock
lid van de enkelvoudige kamer griffier
Uitgesproken in het openbaar op 29 juli 2015
603.