ECLI:NL:RVS:2017:1533
Raad van State
- Hoger beroep
- N. Verheij
- M.G.J. Parkins-de Vin
- H.G. Lubberdink
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie tegen uitspraak rechtbank Den Haag inzake asielaanvraag
Op 14 december 2016 heeft de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam, het beroep van een vreemdeling tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag gegrond verklaard. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie als gevolg van deze vertraging een dwangsom had verbeurd. De staatssecretaris heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld. In het hogerberoepschrift werd een rechtsvraag opgeworpen over het verlengen van de beslistermijn in de bestuurlijke fase en de kennisgeving daarvan. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een eerdere uitspraak, ECLI:NL:RVS:2016:3232, deze rechtsvraag al beantwoord en deze overwegingen zijn ook van toepassing in de onderhavige zaak. De Afdeling oordeelt dat het hoger beroep kennelijk gegrond is en vernietigt de uitspraak van de rechtbank. De zaak wordt terugverwezen naar de rechtbank voor verdere behandeling en beslissing. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.