ECLI:NL:RVS:2017:1534
Raad van State
- Hoger beroep
- N. Verheij
- M.G.J. Parkins-de Vin
- H.G. Lubberdink
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen uitspraak rechtbank over asielaanvraag en dwangsom
Op 14 december 2016 heeft de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam, het beroep van een vreemdeling tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag gegrond verklaard. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie als gevolg van deze vertraging een dwangsom had verbeurd. De staatssecretaris heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. M. Issa, heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in haar uitspraak van 8 juni 2017 het hoger beroep van de staatssecretaris gegrond verklaard. De Afdeling oordeelde dat de rechtbank in haar eerdere uitspraak niet correct had geoordeeld over de verlenging van de beslistermijn in de bestuurlijke fase en de kennisgeving daarvan. De overwegingen uit een eerdere uitspraak van de Afdeling, ECLI:NL:RVS:2016:3232, zijn ook in deze zaak van toepassing.
De Raad van State heeft de uitspraak van de rechtbank vernietigd en de zaak terugverwezen naar de rechtbank voor verdere behandeling. De Afdeling heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 8 juni 2017.