ECLI:NL:RVS:2017:2028

Raad van State

Datum uitspraak
17 juli 2017
Publicatiedatum
26 juli 2017
Zaaknummer
201605156/2/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Wraking
Rechters
  • E. Steendijk
  • H. Troostwijk
  • D.J.C. van den Broek
  • R.J.J.M. Pans
  • N.D.T. Pieters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van een staatsraad in bestuursrechtelijke procedure

Op 17 juli 2017 vond de openbare behandeling plaats van de zaak met nummer 201605156/1, waarin [verzoeker] verzocht om wraking van mr. E. Steendijk, lid van de enkelvoudige kamer van de Raad van State. Het verzoek om wraking werd gedaan tijdens de zitting, waarbij [verzoeker] zijn bezwaren tegen de staatsraad naar voren bracht. De staatsraad heeft echter niet ingestemd met de wraking. De Afdeling heeft het wrakingsverzoek op dezelfde dag behandeld, waarbij [verzoeker] werd gehoord.

De mondelinge beslissing van de Afdeling op 17 juli 2017 wees het verzoek om toepassing van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) af. De Afdeling stelde dat de staatsraad, op basis van zijn aanstelling, wordt verondersteld onpartijdig te zijn. Het was aan [verzoeker] om aan te tonen dat er bijzondere omstandigheden waren die deze veronderstelling konden weerleggen. De aangevoerde argumenten waren echter niet voldoende om aan te tonen dat er sprake was van een situatie die een uitzondering op de onpartijdigheid rechtvaardigde.

De Afdeling concludeerde dat de beslissing van de staatsraad om een stuk niet te aanvaarden, een processuele beslissing was die niet ter beoordeling in de wrakingsprocedure stond. Het wrakingsinstrument is niet bedoeld als rechtsmiddel tegen dergelijke processuele beslissingen, tenzij er sprake is van een flagrante schending van de goede procesorde of fundamentele rechtsbeginselen. De Afdeling vond geen aanknopingspunten voor de vrees dat de staatsraad niet onpartijdig zou oordelen over het hoger beroep van [verzoeker].

De conclusie was dat er geen feiten of omstandigheden waren die de rechterlijke onpartijdigheid in gevaar zouden kunnen brengen. De uitspraak werd openbaar gedaan door mr. H. Troostwijk, voorzitter, en mr. D.J.C. van den Broek en mr. R.J.J.M. Pans, leden, in aanwezigheid van mr. N.D.T. Pieters, griffier.

Uitspraak

201605156/2/A2.
Datum beslissing: 17 juli 2017
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge beslissing met overeenkomstige toepassing van artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op een verzoek van:
[verzoeker], wonend te IJsselstein,
verzoeker,
om toepassing van artikel 8:15 van de Awb.
Procesverloop
Tijdens de openbare behandeling ter zitting van 17 juli 2017 van de zaak nr. 201605156/1 heeft [verzoeker] verzocht om wraking van mr. E. Steendijk (hierna: de staatsraad) als lid van de enkelvoudige kamer belast met de behandeling van deze zaak nr. 201605156/1.
De staatsraad heeft niet in de wraking berust.
De Afdeling heeft het wrakingsverzoek op 17 juli 2017 ter openbare zitting behandeld, waar [verzoeker] is gehoord.
Beslissing
Bij mondelinge beslissing van 17 juli 2017 heeft de Afdeling het verzoek om toepassing van artikel 8:15 van de Awb afgewezen.
Overweging
Als maatstaf geldt dat de staatsraad uit hoofde van zijn aanstelling wordt verondersteld onpartijdig te zijn en dat het aan de verzoeker is om aannemelijk te maken dat zich bijzondere omstandigheden voordoen die een uitzondering op deze veronderstelling rechtvaardigen.
Hetgeen is aangevoerd rechtvaardigt die uitzondering niet. Het niet aanvaarden van een stuk dat ter zitting wordt overgelegd, betreft een processuele beslissing van de staatsraad als lid van de enkelvoudige kamer. Deze beslissing staat niet ter beoordeling in de wrakingsprocedure, nu het instrument van wraking volgens vaste jurisprudentie niet is bedoeld om als rechtsmiddel tegen processuele beslissingen te worden aangewend. Zodanige beslissingen kunnen slechts leiden tot inwilliging van een wrakingsverzoek, indien sprake is van flagrante schending van eisen van een goede procesorde, dan wel van fundamentele rechtsbeginselen, die een eerlijk en onafhankelijk proces waarborgen, en die schending aanleiding geeft voor een objectief gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid of vooringenomenheid van de betrokken staatsraad. Hetgeen [verzoeker] heeft aangevoerd, biedt geen grond voor het oordeel dat hiervan in dit geval sprake is.
Voorts is niet gebleken dat er aanknopingspunten zijn voor het oordeel dat de staatsraad het hoger beroep van [verzoeker] ter zitting heeft behandeld op een wijze die blijk geeft van vooringenomenheid, dan wel aanleiding geeft voor de objectief gerechtvaardigde vrees dat de staatsraad het door [verzoeker] ingestelde hoger beroep niet met de vereiste onpartijdigheid zal beoordelen.
Het bovenstaande leidt tot de conclusie dat er geen grond is voor het oordeel dat sprake is van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen leiden.
Aldus uitgesproken in het openbaar door mr. H. Troostwijk, voorzitter, en mr. D.J.C. van den Broek en mr. R.J.J.M. Pans, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.D.T. Pieters, griffier.
w.g. Troostwijk    w.g. Pieters
voorzitter    griffier
473.