ECLI:NL:RVS:2017:3455
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.J. van Eck
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunningen
Op 12 december 2017 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin vreemdelingen, die aanvragen voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd hadden ingediend, in hoger beroep gingen tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 18 mei 2017 de aanvragen van de vreemdelingen afgewezen. De rechtbank had op 9 november 2017 de beroepen van de vreemdelingen ongegrond verklaard, waarna zij hoger beroep instelden en verzochten om een voorlopige voorziening.
De vreemdelingen vroegen de voorzieningenrechter om te bepalen dat zij niet zouden worden uitgezet totdat er op het hoger beroep was beslist, en dat zij gedurende deze periode opvang en verstrekkingen zouden ontvangen op basis van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers. De voorzieningenrechter overwoog dat het verzoek, gezien eerdere uitspraken, voor toewijzing in aanmerking kwam.
In de beslissing bepaalde de voorzieningenrechter dat de vreemdelingen niet zouden worden uitgezet totdat er op het hoger beroep was beslist. Tevens werd de staatssecretaris veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten, die in dit geval € 495,00 bedroegen, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.