ECLI:NL:RVS:2018:2344
Raad van State
- Hoger beroep
- J.Th. Drop
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor zonnepanelen op monumentaal pand in Utrecht
In deze zaak heeft de Raad van State op 11 juli 2018 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een appellant die eigenaar is van een monumentaal gebouw in Utrecht. De appellant had een omgevingsvergunning aangevraagd voor het plaatsen van zonnepanelen op het platte dak van zijn gebouw. Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht weigerde deze vergunning op 19 november 2015, omdat het plaatsen van zonnepanelen in strijd zou zijn met het bestemmingsplan 'Binnenstad'. Het college stelde dat de zonnepanelen afbreuk zouden doen aan het historische dakenlandschap en dat ze zichtbaar zouden zijn vanuit de openbare ruimte, wat niet wenselijk was voor een monumentaal pand.
De rechtbank Midden-Nederland heeft het besluit van het college op 15 mei 2017 in stand gelaten, waarna de appellant in hoger beroep ging. De Raad van State heeft de zaak op 24 april 2018 behandeld. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het college in redelijkheid de vergunning had kunnen weigeren. De Afdeling benadrukte dat zelfs een kleine wijziging van het gebruiksdoel van de dakbedekking, zoals het plaatsen van zonnepanelen, in strijd kan zijn met het bestemmingsplan. Ook het beroep van de appellant op het gelijkheidsbeginsel faalde, omdat het college had aangegeven dat er geen vergunningen waren verleend voor zonnepanelen op andere gebouwen die zichtbaar zijn vanuit de openbare ruimte.
De Raad van State bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de appellant niet de gevraagde zonnepanelen op het dak van zijn monumentale gebouw mocht plaatsen. De uitspraak benadrukt het belang van monumentenzorg en de bescherming van het historische stadsbeeld.