ECLI:NL:RVS:2018:3168
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake bouwplannen in Veere
Op 27 september 2018 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een mondelinge uitspraak gedaan in een hoger beroep van het college van burgemeester en wethouders van Veere. Dit hoger beroep was gericht tegen een uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 1 augustus 2018. De rechtbank had eerder een beslissing genomen in een geschil tussen het college en AGRAforce Take 1 C.V. en andere partijen, die betrokken zijn bij bouwplannen in de gemeente Veere.
Tijdens de openbare zitting, die om 10:30 uur begon, werd het verzoek van het college om een voorlopige voorziening te treffen besproken. De voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen, omdat er volgens hem geen spoedeisend belang was. Dit oordeel was gebaseerd op de toezegging van de gemachtigde van AGRAforce Take 1 C.V. dat er niet gebouwd zou worden totdat er onherroepelijk op het hoger beroep was beslist. Deze toezegging werd ter zitting bevestigd en is ook vastgelegd in het proces-verbaal.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter het college van burgemeester en wethouders van Veere veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten die AGRAforce Take 1 C.V. en andere partijen hebben gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek. De totale kosten zijn vastgesteld op € 1.002,00, welke geheel toe te rekenen zijn aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat betaling aan een van de betrokken partijen bevrijdend werkt ten opzichte van de anderen.