ECLI:NL:RVS:2018:4115
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot overdracht aan Italië
Op 13 december 2018 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 29 oktober 2018 niet in behandeling was genomen. De rechtbank Den Haag had op 27 november 2018 het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard, waarna de vreemdeling hoger beroep instelde en tevens verzocht om een voorlopige voorziening.
De vreemdeling verzocht de voorzieningenrechter te bepalen dat hij niet zou worden overgedragen aan Italië totdat er op het hoger beroep was beslist. De voorzieningenrechter overwoog dat het verzoek, gezien eerdere uitspraken, voor toewijzing in aanmerking kwam. De staatssecretaris werd veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die op € 501,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand.
De voorzieningenrechter besloot dat de vreemdeling niet zou worden overgedragen totdat er een beslissing op het hoger beroep was genomen. Deze uitspraak werd gedaan in het openbaar op 13 december 2018.