ECLI:NL:RVS:2019:453
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag verblijfsvergunning asiel en verzoek om voorlopige voorziening
Op 14 februari 2019 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een vreemdeling die een aanvraag had ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen op 20 december 2018. De vreemdeling ging tegen deze afwijzing in beroep bij de rechtbank Den Haag, die op 17 januari 2019 het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft de zaak beoordeeld en op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht een beslissing genomen. De uitspraak van de voorzieningenrechter vond plaats in het openbaar op 14 februari 2019. De voorzieningenrechter, mr. A.W.M. Bijloos, heeft de beslissing genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. S. Duyster. De uitspraak is van belang voor de vreemdeling, die in afwachting is van de uitkomst van het hoger beroep en de gevolgen van de afwijzing van zijn asielaanvraag.