ECLI:NL:RVS:2020:1444

Raad van State

Datum uitspraak
24 juni 2020
Publicatiedatum
22 juni 2020
Zaaknummer
201902208/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Spoorzone, 7e herziening te Tilburg

Op 28 januari 2019 heeft de raad van de gemeente Tilburg het bestemmingsplan "Spoorzone, 7e herziening (Besterdring 235)" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft de Stichting het Verhaal van Tilburg beroep ingesteld. Gelijktijdig met het indienen van het beroep heeft de Stichting de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De voorzieningenrechter heeft de zaak zonder zitting behandeld. Op 24 juni 2020 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in het beroep, ECLI:NL:RVS:2020:1438, waardoor het verzoek om voorlopige voorziening niet meer aan de orde was. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. R. Uylenburg, in tegenwoordigheid van mr. R.E.A. Matulewicz, griffier, en is openbaar uitgesproken op 24 juni 2020.

Uitspraak

201902208/2/R2.
Datum uitspraak: 24 juni 2020
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
Stichting het Verhaal van Tilburg, gevestigd te Tilburg,
verzoekster,
en
de raad van de gemeente Tilburg,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 28 januari 2019 heeft de raad het bestemmingsplan "Spoorzone, 7e herziening (Besterdring 235)" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer de Stichting beroep ingesteld.
Bij dezelfde brief als waarmee beroep is ingesteld heeft de Stichting de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.    De voorzieningenrechter doet uitspraak zonder zitting.
2.    Bij uitspraak van 24 juni 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1438, heeft de Afdeling op het beroep beslist. Derhalve is geen sprake meer van een geding. Daarom dient het verzoek te worden afgewezen.
3.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. R. Uylenburg, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. R.E.A. Matulewicz, griffier.
De voorzieningenrechter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
Uitgesproken in het openbaar op 24 juni 2020
45.