ECLI:NL:RVS:2020:1452
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 21 januari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 11 maart 2020 het beroep ongegrond verklaarde. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden uitgezet voordat er op het hoger beroep was beslist. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 24 juni 2020 uitspraak gedaan. De staatssecretaris heeft in zijn schriftelijke uiteenzetting aangegeven zich niet te verzetten tegen het verzoek van de vreemdeling. De voorzieningenrechter heeft daarom besloten om de voorlopige voorziening toe te wijzen. Dit houdt in dat de vreemdeling niet mag worden uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de staatssecretaris veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn vastgesteld op € 525,00, te betalen voor de rechtsbijstand die door een derde is verleend. De uitspraak is gedaan door mr. N. Verheij, met mr. E.L.N. Bakker als griffier, en is openbaar uitgesproken op 24 juni 2020.