ECLI:NL:RVS:2020:1792
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 24 juli 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 24 maart 2020 niet in behandeling was genomen. De rechtbank Den Haag had op 19 juni 2020 het beroep van de vreemdeling tegen deze beslissing ongegrond verklaard. Hierop heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden overgedragen voordat er op het hoger beroep was beslist.
De staatssecretaris heeft zich niet verzet tegen het verzoek van de vreemdeling. De voorzieningenrechter heeft daarom besloten om de voorlopige voorziening toe te wijzen. Dit houdt in dat de vreemdeling niet zal worden overgedragen totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de staatssecretaris veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn vastgesteld op € 525,00, te betalen voor de rechtsbijstand die door een derde is verleend. De uitspraak is openbaar gedaan op 24 juli 2020.