ECLI:NL:RVS:2020:320
Raad van State
- Hoger beroep
- H. Troostwijk
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen overplaatsing en vrijheidsbeperkende maatregel van vreemdeling
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vreemdeling tegen een besluit van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) waarbij hij op 30 juni 2019 werd overgeplaatst naar de Extra Begeleidings- en Toezichtlocatie te Hoogeveen. Daarnaast is er een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, heeft op 15 augustus 2019 de beroepen van de vreemdeling gegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. L.J. Meijering, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Raad van State heeft op 31 januari 2020 uitspraak gedaan. Het hoger beroep met betrekking tot de overplaatsing leidt niet tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank, omdat het hogerberoepschrift geen vragen bevat die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoord moeten worden. Het hoger beroep is ongegrond en de uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd. Het COa hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Wat betreft de vrijheidsbeperkende maatregel, oordeelt de Raad van State dat hiertegen geen hoger beroep kan worden ingesteld. De Afdeling bestuursrechtspraak verklaart zich onbevoegd om van het hoger beroep in deze zaak kennis te nemen. De staatssecretaris hoeft ook in dit geval geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 31 januari 2020.