ECLI:NL:RVS:2021:1434
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake inpassingsplan Vecht- en Beneden Reggegebied deelgebied Eerderhooilanden
Op 2 juli 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Dit verzoek was ingediend door [verzoeker A] en [verzoeker B], die beiden vrezen dat het inpassingsplan 'Vecht- en Beneden Reggegebied deelgebied Eerderhooilanden', vastgesteld door de provinciale staten van Overijssel op 28 oktober 2020, negatieve gevolgen zal hebben voor hun agrarische gronden. De verzoekers zijn van mening dat de maatregelen in het inpassingsplan zullen leiden tot een stijging van het peil van de Regge, wat kan resulteren in frequente overstromingen van hun gronden en een toename van de uit- en afspoeling van stikstof en fosfaat uit mest.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld tijdens een zitting op 22 juni 2021. Tijdens deze zitting hebben de provinciale staten aangegeven dat er voor 1 juli 2022 geen werkzaamheden in het plangebied zullen worden uitgevoerd. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat, ondanks de zorgen van de verzoekers, er op dit moment geen sprake is van een spoedeisend belang dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt. Dit oordeel is gebaseerd op de mededeling van de provinciale staten en het feit dat de Crisis- en herstelwet van toepassing is, wat betekent dat er naar verwachting voor 1 juli 2022 uitspraak in de bodemprocedure zal zijn gedaan.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen en besloten dat de provinciale staten geen proceskosten hoeven te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 2 juli 2021.