ECLI:NL:RVS:2022:1187

Raad van State

Datum uitspraak
25 april 2022
Publicatiedatum
25 april 2022
Zaaknummer
202106113/1/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen wijzigingsplan voor omzetting bedrijfswoning naar burgerwoning in Nieuwveen

In deze zaak heeft [appellante] beroep ingesteld tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Nieuwkoop, dat op 13 juli 2021 het wijzigingsplan "Blokland 8, Nieuwveen" heeft vastgesteld. Dit wijzigingsplan voorziet in de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning. [appellante] vreest dat deze wijziging haar bedrijfsactiviteiten zal beperken. De openbare zitting vond plaats op 20 april 2022, waar de Staatsraad mr. E.A. Minderhoud als voorzitter aanwezig was, samen met de griffiers mr. M. Priem en mr. R. Bruikman. Het college werd vertegenwoordigd door M.W. Hijman en B. Voorn-Rade.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het beroep ongegrond verklaard. De Afdeling overweegt dat [appellante] bedrijfsactiviteiten uitoefent op percelen die volgens het geldende bestemmingsplan zijn bestemd voor bedrijfsactiviteiten tot en met milieucategorie 2.0. Het college heeft terecht gesteld dat er een richtafstand van 30 meter moet worden aangehouden tot een burgerwoning, en deze afstand wordt in dit geval ruimschoots nageleefd, aangezien de percelen van [appellante] zich op ongeveer 70 meter afstand bevinden van het perceel Blokland 8. De Afdeling concludeert dat de planologisch toegestane activiteiten op de percelen van [appellante] verenigbaar zijn met een goed woon- en leefklimaat op het perceel Blokland 8. Voor zover [appellante] feitelijk bedrijfsactiviteiten uitoefent die een hogere milieucategorie dan 2.0 hebben, is de Afdeling van mening dat het college met deze activiteiten geen rekening hoefde te houden bij de vaststelling van het wijzigingsplan, omdat deze activiteiten planologisch niet zijn toegestaan.

Uitspraak

202106113/1/R3.
Datum uitspraak: 20 april 2022
AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellante], wonend te Nieuwveen, gemeente Nieuwkoop,
en
het college van burgemeester en wethouders van Nieuwkoop,
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 20 april 2022 om 09:30 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. E.A. Minderhoud, voorzitter
griffiers: mr. M. Priem en mr. R. Bruikman
Verschenen:
[appellante];
Het college, vertegenwoordigd door M.W. Hijman en B. Voorn-Rade.
====================================
Het beroep richt zich tegen het besluit van het college van 13 juli 2021, waarbij het wijzigingsplan "Blokland 8, Nieuwveen" is vastgesteld. Het voorziet in de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning. [appellante] heeft tegen dit besluit beroep ingesteld omdat zij vreest voor een beperking van haar bedrijfsactiviteiten als gevolg van het plan.
De Afdeling verklaart het beroep ongegrond.
Daartoe overweegt zij het volgende.
[appellante] oefent bedrijfsactiviteiten uit op de percelen [locatie 1] en [locatie 2]. Vaststaat dat op deze percelen op grond van het geldende bestemmingsplan bedrijfsactiviteiten mogen worden uitgeoefend tot ten hoogste milieucategorie 2.0. Het college stelt terecht dat voor dergelijke activiteiten een richtafstand van 30 meter moet worden aangehouden tot een burgerwoning, waaraan in dit geval ruimschoots wordt voldaan. De percelen van [appellante] liggen namelijk op een afstand van ongeveer 70 m.
Gelet hierop zijn de planologisch toegestane activiteiten op de percelen van [appellante] naar het oordeel van de Afdeling verenigbaar met een goed woon- en leefklimaat op het perceel Blokland 8[locatie 3]. Voor zover [appellante] feitelijk bedrijfsactiviteiten uitoefent van een hogere milieucategorie dan 2.0, overweegt de Afdeling dat het college met deze activiteiten geen rekening hoefde te houden bij de vaststelling van het wijzigingsplan, omdat deze activiteiten planologisch niet zijn toegestaan.
Het lid van de enkelvoudige kamer is verhinderd de uitspraak te ondertekenen
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen
1006-646