ECLI:NL:RVS:2023:1309
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.Th. Drop
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot ingangsdatum verblijfsvergunning
Op 4 april 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 20 april 2022 een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingewilligd, met ingang van 8 september 2020. Echter, op 2 augustus 2022 werd een verzoek om bestuurlijke heroverweging van dit besluit afgewezen. De rechtbank Den Haag verklaarde op 15 februari 2023 het beroep van de vreemdeling gegrond, vernietigde het besluit van 2 augustus 2022 en stelde de ingangsdatum van de verblijfsvergunning vast op 29 november 2016.
Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat het niet aannemelijk is dat de uitspraak van de rechtbank in stand blijft, en heeft daarom besloten om de voorlopige voorziening te treffen. Dit houdt in dat de staatssecretaris geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. J.Th. Drop, in tegenwoordigheid van mr. E.L. Iedema, griffier.