ECLI:NL:RVS:2023:217
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak na niet in behandeling nemen aanvraag verblijfsvergunning
Op 16 januari 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening in een asielzaak. De vreemdeling had op 28 november 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen. Hiertegen heeft de vreemdeling op 13 januari 2023 beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die het beroep ongegrond verklaarde. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat er een voorgenomen overdracht op 17 januari 2023 zou plaatsvinden.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de hogerberoepstermijn nog niet was verstreken en dat er aanleiding was om een voorlopige voorziening te treffen. De rechter bepaalde dat de voorgenomen overdracht van de vreemdeling op 17 januari 2023 achterwege moest blijven. Daarnaast werd de staatssecretaris veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die op € 837,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak werd in het openbaar gedaan op 16 januari 2023.