ECLI:NL:RVS:2023:226
Raad van State
- Hoger beroep
- J. Schipper-Spanninga
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen inbewaringstelling van vreemdeling door staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 19 januari 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De vreemdeling was op 23 november 2022 in bewaring gesteld door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank had op 14 december 2022 het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. D. Matadien, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
In de overwegingen van de Raad van State werd vastgesteld dat de vreemdeling eerder met onbekende bestemming was vertrokken na een overdrachtsbesluit van de staatssecretaris. Tevens had de vreemdeling blijk gegeven van een niet-meewerkende houding ten aanzien van zijn overdracht aan Spanje. De rechtbank had terecht geoordeeld dat een lichter middel niet doeltreffend kon worden toegepast in deze situatie. Het hoger beroep leidde niet tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank, en de Raad van State bevestigde deze uitspraak.
De Raad van State oordeelde dat het hogerberoepschrift geen vragen bevatte die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moesten worden. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd en de staatssecretaris werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden.