ECLI:NL:RVS:2023:2650
Raad van State
- Hoger beroep
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verblijfsvergunning asiel en niet-ontvankelijkheid hoger beroep
Op 12 juli 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 22 maart 2023 de aanvraag van de vreemdeling afgewezen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, verklaarde op 23 mei 2023 het beroep van de vreemdeling ongegrond. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. H.E. Visscher, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
Tijdens de procedure heeft de staatssecretaris op 9 juni 2023 laten weten dat de vreemdeling met onbekende bestemming is vertrokken. De gemachtigde van de vreemdeling heeft geen contact met hem kunnen leggen en heeft geen verdere informatie verstrekt. De Afdeling heeft geconcludeerd dat de vreemdeling geen belang meer heeft bij een beoordeling van het hoger beroep, aangezien hij niet langer bescherming in Nederland zoekt.
Hierdoor heeft de Afdeling het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. De staatssecretaris is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is openbaar gedaan op 12 juli 2023, en is vastgesteld door mr. N. Verheij, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van L.W. Lagaaij LLM, griffier.