ECLI:NL:RVS:2023:2833

Raad van State

Datum uitspraak
25 juli 2023
Publicatiedatum
25 juli 2023
Zaaknummer
202304355/3/V2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • E. Steendijk
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in asielzaak na niet in behandeling nemen aanvraag verblijfsvergunning

Op 25 juli 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De vreemdeling had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 19 mei 2023 niet in behandeling werd genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 4 juli 2023 het beroep gegrond verklaarde en de staatssecretaris opdroeg een nieuw besluit te nemen. De staatssecretaris heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld.

In het kader van het hoger beroep heeft de vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden uitgezet voordat er op het hoger beroep was beslist. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de vernietiging van het besluit door de rechtbank betekent dat de vreemdeling rechtmatig verblijf heeft, aangezien hij weer in afwachting is van een beslissing op zijn asielaanvraag. Dit rechtmatig verblijf is gebaseerd op artikel 8, aanhef en onder f, van de Vreemdelingenwet 2000.

Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. E. Steendijk, in tegenwoordigheid van mr. J.R. Trox, griffier, en is openbaar uitgesproken op 25 juli 2023.

Uitspraak

202304355/3/V2.
Datum uitspraak: 25 juli 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, derde lid, van die wet, hangende het incidenteel hoger beroep van:
[de vreemdeling],
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam, van 4 juli 2023 in zaak nr. NL23.14953 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
Procesverloop
Bij besluit van 19 mei 2023 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
Bij uitspraak van 4 juli 2023 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en bepaald dat de staatssecretaris een nieuw besluit op de aanvraag neemt met inachtneming van de uitspraak.
Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris hoger beroep ingesteld.
De vreemdeling heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven, voorwaardelijk incidenteel hoger beroep ingesteld en de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.       De vreemdeling heeft de voorzieningenrechter verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat hij niet wordt uitgezet voordat op het hoger beroep is beslist.
2.       Bij uitspraak van vandaag, ECLI:NL:RVS:2023:2827, heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling op verzoek van de staatssecretaris bij wijze van voorlopige voorziening bepaald dat de staatssecretaris geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
3.       De vernietiging van het besluit van 19 mei 2023 door de rechtbank betekent dat de vreemdeling weer in afwachting is van een beslissing op zijn asielaanvraag, waardoor hij rechtmatig verblijf heeft ingevolge artikel 8, aanhef en onder f, van de Vw 2000. Het rechtmatig verblijf dat hij beoogt, heeft hij dus al.
4.       Het verzoek wordt afgewezen. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. E. Steendijk, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. J.R. Trox, griffier.
w.g. Steendijk
voorzieningenrechter
w.g. Trox
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 25 juli 2023
968