ECLI:NL:RVS:2023:3156
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot uitzetting en proceskostenvergoeding
Op 15 augustus 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een vreemdeling die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. Deze aanvraag was op 7 januari 2022 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen. De vreemdeling had hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 18 juli 2023 het beroep ongegrond verklaarde. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De vreemdeling vroeg de voorzieningenrechter om te bepalen dat hij niet zou worden uitgezet totdat de Afdeling op het hoger beroep had beslist, en om opvang en verstrekkingen te ontvangen. Aangezien de Afdeling de noodzakelijke stukken voor de beoordeling van het hoger beroep nog niet had ontvangen, besloot de voorzieningenrechter om bij wijze van ordemaatregel een voorlopige voorziening te treffen. Dit houdt in dat de uitzetting van de vreemdeling voorlopig wordt stopgezet totdat er een inhoudelijke beslissing is genomen.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten die de vreemdeling heeft gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek. Het totale bedrag van de proceskosten is vastgesteld op € 837,00, dat geheel is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is gedaan door mr. J.J.W.P. van Gastel, in tegenwoordigheid van mr. T.W.A. Weber, griffier, en is openbaar uitgesproken op 15 augustus 2023.