ECLI:NL:RVS:2023:4168

Raad van State

Datum uitspraak
9 november 2023
Publicatiedatum
9 november 2023
Zaaknummer
202302289/1/V1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • N. Verheij
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen overplaatsing vreemdeling naar Handhavings- en Toezichtlocatie

In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vreemdeling tegen een uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, die op 14 maart 2023 een beroep van de vreemdeling ongegrond verklaarde. De vreemdeling was overgeplaatst naar de Handhavings- en Toezichtlocatie te Hoogeveen door het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) op 31 januari 2023. De rechtbank oordeelde dat de overplaatsing rechtmatig was en dat er geen gronden waren om het beroep van de vreemdeling te honoreren. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. R.C. van den Berg, heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 9 november 2023 uitspraak gedaan in deze zaak. De Afdeling bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het hoger beroep ongegrond is. De rechtbank heeft terecht en op goede gronden geoordeeld, en de motivering van de rechtbank wordt overgenomen. De Afdeling concludeert dat er geen vragen zijn die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moeten worden.

De beslissing houdt in dat de uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd en dat het COa geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. N. Verheij, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. J. Verbeek, griffier, en is openbaar uitgesproken op 9 november 2023.

Uitspraak

202302289/1/V1.
Datum uitspraak: 9 november 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[de vreemdeling],
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, van 14 maart 2023 in zaak nr. 23/1113 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (hierna: het COa).
Procesverloop
Bij besluit van 31 januari 2023 heeft het COa de vreemdeling overgeplaatst naar de Handhavings- en Toezichtlocatie te Hoogeveen.
Bij uitspraak van 14 maart 2023 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. R.C. van den Berg, advocaat te Tilburg, hoger beroep ingesteld.
De vreemdeling heeft een nader stuk ingediend.
Overwegingen
1.       Het hoger beroep leidt niet tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank is namelijk terecht en op goede gronden tot haar oordeel gekomen. De Afdeling neemt de motivering onder 7 van de uitspraak van de rechtbank over.
1.1.    Dit oordeel hoeft niet verder te worden gemotiveerd. De reden daarvoor is dat het hogerberoepschrift geen vragen bevat die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoord moeten worden (artikel 91, tweede lid, van de Vw 2000).
2.       Het hoger beroep is ongegrond. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd. Het COa hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. N. Verheij, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. J. Verbeek, griffier.
w.g. Verheij
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Verbeek
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 9 november 2023
574-1046