Uitspraak
202302418/2/R4.
Datum uitspraak: 20 november 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) hangende het hoger beroep van:
Natural Dog Snacks LLP (hierna: Natural Dog Snacks), gevestigd in Lelystad,
verzoekster,
tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 11 april 2023 in zaak nrs. 22/1285, 22/1343 en 22/1798 in het geding tussen:
1. [partij sub 1A] en [partij sub 1B], wonend in Lelystad, en
2. Natural Dog Snacks
en
het college van burgemeester en wethouders van Lelystad.
Procesverloop
Bij besluit van 3 maart 2023 heeft het college Natural Dog Snacks gelast om de overtreding van artikel 3.140 van het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna: het Activiteitenbesluit) te beëindigen en beëindigd te houden, door geen geurhinder meer te veroorzaken ter plaatse van één of meer geurgevoelige objecten. Daarbij heeft het college een dwangsom opgelegd van € 7.500,00 wanneer niet binnen de begunstigingstermijn van zes weken aan de last wordt voldaan, waarbij voor elke vier weken dat daarna niet aan de last wordt voldaan een nieuwe dwangsom wordt verbeurd met een maximaal te verbeuren dwangsombedrag van € 15.000,00.
Bij uitspraak van 11 april 2023 heeft de rechtbank, voor zover hier van belang, het hiertegen door Natural Dog Snacks ingestelde beroep ongegrond verklaard, het beroep van [partij sub 1A] en [partij sub 1B] tegen die last onder dwangsom gegrond verklaard, die last onder dwangsom vernietigd, bepaald dat aan Natural Dog Snacks een nieuwe last onder dwangsom wordt opgelegd en bepaald dat de uitspraak in zoverre in de plaats treedt van de vernietigde last onder dwangsom. De rechtbank heeft Natural Dog Snacks gelast de overtreding van artikel 3.140 van het Activiteitenbesluit milieubeheer te beëindigen en beëindigd te houden door geen nieuwe geurhinder meer te veroorzaken ter plaatse van één of meer geurgevoelige objecten. Daarbij is bepaald dat aan de last kan worden voldaan door de inrichting te sluiten. De rechtbank heeft bepaald dat de begunstigingstermijn drie maanden na 11 april 2023 bedraagt. Daarbij heeft de rechtbank een dwangsom opgelegd van € 15.000,00 wanneer niet binnen de begunstigingstermijn aan de last wordt voldaan, waarbij voor elke vier weken dat daarna niet aan de last wordt voldaan een nieuwe dwangsom wordt verbeurd met een maximaal te verbeuren dwangsombedrag van € 30.000,00.
Tegen deze uitspraak heeft Natural Dog Snacks hoger beroep ingesteld.
Bij besluit van 7 september 2023 heeft het college besloten tot invordering van een volgens hem door Natural Dog Snacks verbeurde dwangsom van € 15.000,00.
Naar aanleiding van dit besluit heeft Natural Dog Snacks de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
Het college en [partij sub 1A] en [partij sub 1B] hebben nadere stukken ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op zitting behandeld op 9 november 2023, waar Natural Dog Snacks, vertegenwoordigd door [gemachtigde A], [gemachtigde B] en [gemachtigde C], bijgestaan door [gemachtigde D], en het college, vertegenwoordigd door mr. G.J.R. Lutje Schipholt en T. Niemöller, zijn verschenen. Voorts zijn ter zitting [partij sub 1A] en [partij sub 1B], bijgestaan door mr. A.R. van Tilborg, als partij gehoord.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Gelet op artikel 5:39 van de Awb heeft het hoger beroep van Natural Dog Snacks mede betrekking op het invorderingsbesluit van 7 september 2023.
3. Natural Dog Snacks heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen die ertoe strekt dat de volgens het college verbeurde dwangsom niet wordt ingevorderd voordat is beslist op haar hoger beroep. Volgens haar kan invordering tot een faillissement leiden en weegt het belang van het college bij onmiddellijke invordering daar niet tegen op.
Natural Dog Snacks betoogt dat door haar vanaf 1 juli 2023 geen droogactiviteiten meer zijn uitgevoerd. Per die datum is de productie van hondensnacks volgens Natural Dog Snacks gestopt. De resterende activiteiten, zijnde marketing en in- en verkoop, veroorzaken geen geur. De waarneming van geur door de toezichthouder heeft plaatsgevonden op 12 en 13 juli 2023. Toen waren de droogactiviteiten al gestaakt. Er kan volgens Natural Dog Snacks op dat moment dan ook geen geur zijn waargenomen die afkomstig is van Natural Dog Snacks.
Verder betoogt Natural Dog Snacks dat de geurwaarnemingen zoals uitgevoerd door de toezichthouder niet voldoen aan de vereisten zoals gesteld in het Activiteitenbesluit. Deze geurwaarnemingen kunnen volgens Natural Dog Snacks dan ook niet gelden als enige reden om een dwangsom te verbeuren en in te vorderen.
3.1. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft Natural Dog Snacks een spoedeisend belang bij het treffen van een voorlopige voorziening. Hierbij betrekt de voorzieningenrechter dat het college op de zitting heeft aangeven tot invordering over te willen gaan.
3.2. Deze voorlopige voorzieningenprocedure leent zich niet voor onderzoek naar de vraag of het college gelet op de door Natural Dog Snacks gestelde omstandigheden tot invordering mocht overgaan. Dit dient in de bodemprocedure te worden onderzocht.
De voorzieningenrechter zal zich in deze zaak beperken tot de vraag of gelet op de belangen van Natural Dog Snacks enerzijds en de belangen van het college en de belangen van de derden die om handhaving hebben verzocht anderzijds, aanleiding bestaat om het besluit tot invordering te schorsen.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat het verzoek bij afweging van de betrokken belangen moet worden toegewezen. Gelet op de omvang van het bedrag van de invorderingsbeschikking acht de voorzieningenrechter het voorshands niet onaannemelijk dat het betalen van deze dwangsom voor een onderneming als die van Natural Dog Snacks ingrijpende gevolgen kan hebben. Daar staat tegenover dat het college en de derden die verzocht hebben om handhaving geen zwaarwegend belang bij het afwijzen van de schorsing van (enkel) de invorderingsbeschikking hebben aangevoerd. Nu niet is gebleken van zodanig zwaarwegende belangen bij het college en/of de derden die vergen dat invordering hangende hoger beroep wordt voortgezet, dient een groter gewicht te worden toegekend aan het belang van Natural Dog Snacks bij schorsing van de invorderingsbeschikking.
4. Het college moet de proceskosten vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Lelystad van 7 september 2023, kenmerk Z2023-00916/D2023-215061, totdat de Afdeling uitspraak heeft gedaan op het hoger beroep;
II. veroordeelt het college van burgemeester en wethouders van Lelystad tot vergoeding van bij Natural Dog Snacks LLP in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 1.674,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
III. gelast dat het college van burgemeester en wethouders van Lelystad aan Natural Dog Snacks LLP het door haar voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 548,00 vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. B.P.M. van Ravels, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Melenhorst, griffier.
w.g. Van Ravels
voorzieningenrechter
w.g. Melenhorst
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 20 november 2023
490