ECLI:NL:RVS:2023:4496
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak betreffende afgifte document rechtmatig verblijf
Op 5 december 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening in een vreemdelingenrechtelijke zaak. De zaak betreft een aanvraag van een vreemdeling om afgifte van een document dat rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan aantoont, welke aanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 10 maart 2022 was afgewezen. De vreemdeling maakte bezwaar tegen deze afwijzing, maar dit bezwaar werd door de staatssecretaris ongegrond verklaard op 6 maart 2023. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam, heeft op 25 oktober 2023 het beroep van de vreemdeling gegrond verklaard en de staatssecretaris opgedragen binnen vier weken een nieuw besluit te nemen. Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken van de staatssecretaris beoordeeld en geconcludeerd dat de grieven nader onderzoek vereisen, waarvoor de huidige procedure niet geschikt is. Gezien de belangen van zowel de staatssecretaris als de vreemdeling, heeft de voorzieningenrechter besloten een voorlopige voorziening te treffen. Dit houdt in dat de staatssecretaris geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.J.M. Baldinger, in tegenwoordigheid van mr. H.J. Jongeneel, griffier.