ECLI:NL:RVS:2023:52
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van vreemdelingen tegen uitspraak rechtbank Den Haag over overplaatsing naar azc Den Helder
Op 9 januari 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van twee vreemdelingen, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. B. Wegelin. De zaak betreft de overplaatsing van de vreemdelingen van het azc Maastricht naar het azc Den Helder, zoals bevestigd door het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) in een e-mail van 27 oktober 2021. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, had op 28 oktober 2021 zich onbevoegd verklaard om van het beroep van de vreemdelingen kennis te nemen. De vreemdelingen hebben hiertegen hoger beroep ingesteld.
De Raad van State heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de rechtbank uitspraak heeft gedaan zonder de zaak op zitting te behandelen, wat volgens artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) betekent dat er geen hoger beroep openstaat. De vermelding in de uitspraak van de rechtbank dat hoger beroep openstaat, is onjuist. De Raad van State heeft geconcludeerd dat de vreemdelingen geen gronden hebben aangevoerd die het hoger beroep in behandeling kunnen nemen, en dat er geen sprake is van een eerlijk proces.
De Afdeling bestuursrechtspraak heeft zich daarom onbevoegd verklaard om van het hoger beroep kennis te nemen. Wel heeft de Raad van State bepaald dat het COa de proceskosten van de vreemdelingen moet vergoeden, tot een bedrag van € 837,00, dat geheel toe te rekenen is aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 9 januari 2023.