Conclusie
lid van de enkelvoudige kamer
griffier
Raad van State
Op 13 maart 2023 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarbij de vreemdeling in bewaring was gesteld. De rechtbank had eerder, op 13 februari 2023, het beroep van de vreemdeling tegen het voortduren van de maatregel van bewaring ongegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. R.M. Seth Paul, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld. De Raad van State heeft in zijn uitspraak vastgesteld dat er geen mogelijkheid is voor hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank, omdat het verbod op hoger beroep alleen kan worden doorbroken in gevallen waar geen eerlijk proces heeft plaatsgevonden. Dit was in dit geval niet aan de orde, waardoor de Raad van State zich onbevoegd verklaarde om van het hoger beroep kennis te nemen. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.