ECLI:NL:RVS:2024:1091
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verblijfsvergunning asiel en niet tijdig nemen van besluit
In deze zaak heeft de vreemdeling beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 5 oktober 2023 de aanvraag van de vreemdeling afgewezen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, heeft op 9 augustus 2023 het beroep van de vreemdeling niet-ontvankelijk verklaard. Hierop heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. J.M. Niemer, hoger beroep ingesteld.
Tijdens de procedure heeft de vreemdeling op 20 oktober 2023 het hoger beroep ingetrokken. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in deze uitspraak geoordeeld dat het hoger beroep ingetrokken is, maar dat het besluit van 5 oktober 2023 van rechtswege onderwerp van het geding blijft. De vreemdeling heeft aangegeven dat hij het niet eens is met dit besluit en heeft verzocht om het van rechtswege ontstane beroep te verwijzen naar de rechtbank.
De Afdeling heeft besloten om het beroep tegen het besluit van 5 oktober 2023 te verwijzen naar de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht. Dit is gedaan op basis van de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waarbij de rechtbank als de aangewezen instantie wordt beschouwd om asielbesluiten in eerste aanleg te toetsen. De beslissing is genomen om recht te doen aan de functie van de hogerberoepsrechter en om de zaak op een passende manier te behandelen.