ECLI:NL:RVS:2024:1239

Raad van State

Datum uitspraak
27 maart 2024
Publicatiedatum
27 maart 2024
Zaaknummer
202204080/3/A3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Rechters
  • J.Th. Drop
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van verzoek tot beperkte kennisneming van stukken in bestuursrechtelijke procedure

Op 27 maart 2024 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak tussen een appellant, wonend te Zwammerdam, en het college van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn. Het college had verzocht om te bepalen dat alleen de Afdeling kennis zou nemen van een specifiek stuk, met verwijzing naar artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit artikel stelt dat de Afdeling beslist of de weigering of beperking van kennisneming van een stuk gerechtvaardigd is, waarbij een belangenafweging noodzakelijk is.

De Afdeling overweegt dat het belang van partijen om gelijkelijk toegang te hebben tot relevante informatie moet worden afgewogen tegen het belang van de bestuursrechter om over alle benodigde informatie te beschikken voor een zorgvuldige beslissing. Het college had echter nagelaten om de belangen die aan het verzoek ten grondslag lagen te motiveren, waardoor de Afdeling aannam dat er geen belangen van het college waren. Dit leidde tot de conclusie dat het belang van de appellant om kennis te nemen van het stuk zwaarder weegt.

De Afdeling heeft daarom het verzoek van het college tot beperkte kennisneming afgewezen en bepaald dat het stuk moet worden teruggezonden aan het college. Tevens werd het college verzocht om binnen 14 dagen een ongeschoonde versie van de stukken aan de Afdeling en de andere partijen toe te sturen. Deze beslissing is genomen door mr. J.Th. Drop, lid van de enkelvoudige geheimhoudingskamer, in aanwezigheid van mr. S.C. van Tuyll van Serooskerken, griffier.

Uitspraak

202204080/3/A3.
Datum beslissing: 27 maart 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op grond van artikel 8:29, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) in het geding tussen van:
[appellant], wonend te Zwammerdam, gemeente Alphen aan den Rijn,
appellant,
en
het college van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn,
verweerder.
Procesverloop
Het college heeft ter uitvoering van de tussenuitspraak van de Afdeling van 17 februari 2023 een nieuw besluit genomen op 15 augustus 2023. Daartegen heeft [appellant] gronden aangevoerd.
Het college heeft één gedingstuk overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van dit stuk.
Het betreft de zogenoemde uitvraagrespons van de ambtenaren.
Overwegingen
1.       Het college heeft de Afdeling verzocht te bepalen dat alleen de Afdeling van het stuk kennis zal nemen. Daarvoor heeft het slechts verwezen naar artikel 8:29 van de Awb.
2.       Gelet op artikel 8:29, derde lid, van de Awb beslist de Afdeling of de weigering dan wel beperking van de kennisneming van een stuk gerechtvaardigd is. Deze beslissing vergt een afweging van belangen. Enerzijds speelt hierbij het belang dat partijen gelijkelijk beschikken over de voor het beroep relevante informatie en het belang dat de bestuursrechter beschikt over alle informatie die nodig is om de zaak op een juiste en zorgvuldige wijze af te doen. Daartegenover staat dat de kennisneming door partijen van bepaalde gegevens het algemeen belang, het belang van één of meer partijen en/of het belang van derden onevenredig kan schaden.
3.       De Afdeling heeft het college schriftelijk verzocht haar verzoek om beperkte kennisneming te motiveren. Het college heeft dit niet gedaan. De Afdeling weet dus niet welke belangen er voor het college zijn. Zij gaat er daarom vanuit dat er geen belangen zijn van de kant van het college. In dat geval weegt het belang dat [appellant] kennisneemt van het stuk zwaarder.
4.       De Afdeling acht daarom het verzoek tot beperkte kennisneming niet gerechtvaardigd.
5.       De Afdeling bepaalt dat het stuk wordt teruggezonden aan het college.
6.       Indien het college geen gehoor geeft aan het in dictumonderdeel II. aangeduide verzoek om een ongeschoonde versie van de stukken waarvan het verzoek om geheimhouding is afgewezen, toe te sturen, kan de Afdeling daaraan gevolgen verbinden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        wijst het verzoek af;
II.       verzoekt het college van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn binnen 14 dagen dagen na heden een ongeschoonde versie van  aan de Afdeling en de andere partijen toe te sturen.
Aldus vastgesteld door mr. J.Th. Drop, lid van de enkelvoudige geheimhoudingskamer, in tegenwoordigheid van mr. S.C. van Tuyll van Serooskerken, griffier.
w.g. Drop
lid van de enkelvoudige geheimhoudingskamer
w.g. Van Tuyll van Serooskerken
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 27 maart 2024
290