ECLI:NL:RVS:2024:1736

Raad van State

Datum uitspraak
25 april 2024
Publicatiedatum
25 april 2024
Zaaknummer
202307853/1/V2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • H.G. Sevenster
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep vreemdeling tegen afwijzing verblijfsvergunning asiel

Op 25 april 2024 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 31 januari 2023 de aanvraag van de vreemdeling afgewezen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Roermond, verklaarde op 28 november 2023 het beroep van de vreemdeling ongegrond. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. A. van der Toorn, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.

Tijdens de procedure heeft de staatssecretaris laten weten dat de vreemdeling met onbekende bestemming is vertrokken en dat de gemachtigde van de vreemdeling geen contact meer met hem heeft. Dit leidde de Afdeling tot de conclusie dat de vreemdeling niet langer bescherming in Nederland zoekt. Hierdoor heeft de vreemdeling geen belang meer bij een beoordeling van het hoger beroep.

De Afdeling bestuursrechtspraak heeft het hoger beroep dan ook niet-ontvankelijk verklaard. De staatssecretaris is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. P.A.M.J. Graat, griffier, en is openbaar uitgesproken op 25 april 2024.

Uitspraak

202307853/1/V2.
Datum uitspraak: 25 april 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[de vreemdeling],
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Roermond, van 28 november 2023 in zaak nr. NL23.5554 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
Procesverloop
Bij besluit van 31 januari 2023 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.
Bij uitspraak van 28 november 2023 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. A. van der Toorn, advocaat te Roermond, hoger beroep ingesteld.
De staatssecretaris heeft een nader stuk ingediend, waarop de vreemdeling heeft gereageerd.
Overwegingen
1.       De staatssecretaris heeft de Afdeling laten weten dat de vreemdeling met onbekende bestemming is vertrokken. De gemachtigde van de vreemdeling heeft laten weten geen contact meer met hem te hebben. Daaruit leidt de Afdeling af dat de vreemdeling niet langer bescherming in Nederland zoekt. Daarom heeft de vreemdeling geen belang bij een beoordeling van het hoger beroep.
2.       Het hoger beroep is niet-ontvankelijk. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. P.A.M.J. Graat, griffier.
w.g. Sevenster
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Graat
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 25 april 2024
307-1048