ECLI:NL:RVS:2024:1749
Raad van State
- Hoger beroep
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen verlenging bewaringsmaatregel vreemdeling door staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een vreemdeling tegen de verlenging van de bewaringsmaatregel door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Bij besluit van 16 januari 2024 heeft de staatssecretaris de termijn van de aan de vreemdeling opgelegde bewaringsmaatregel verlengd met maximaal twaalf maanden. De rechtbank Den Haag heeft op 28 februari 2024 het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. S. Wortel, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 29 april 2024 uitspraak gedaan. De Afdeling oordeelt dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank heeft terecht en op goede gronden geoordeeld. De Afdeling neemt de motivering van de rechtbank over en ziet geen reden om de bewaring onrechtmatig te achten. Het hoger beroep is ongegrond en de uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden.