ECLI:NL:RVS:2024:2384

Raad van State

Datum uitspraak
12 juni 2024
Publicatiedatum
12 juni 2024
Zaaknummer
202305691/1/V1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • N. Verheij
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen besluit van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers inzake inhouding leefgeld

Op 12 juni 2024 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De zaak betreft een besluit van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) van 30 maart 2022, waarbij voor de duur van vier weken € 5,00 per week werd ingehouden van het aan de vreemdeling toegekende leefgeld, op basis van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005. De rechtbank had op 8 augustus 2023 het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard, waarop de vreemdeling in hoger beroep ging, vertegenwoordigd door mr. B.J.P.M. Ficq, advocaat te Haarlem.

De Raad van State oordeelde dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank had terecht en op goede gronden geoordeeld, en de Afdeling nam de motivering van de rechtbank over. Het hogerberoepschrift bevatte geen vragen die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moesten worden, zoals bedoeld in artikel 91, tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000. Daarom werd het hoger beroep ongegrond verklaard en werd de uitspraak van de rechtbank bevestigd. Het COa werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden.

Uitspraak

202305691/1/V1
Datum uitspraak: 12 juni 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[de vreemdeling],
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, van 8 augustus 2023 in zaak nr. 22/2527 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (hierna: het COa).
Procesverloop
Bij besluit van 30 maart 2022 heeft het COa voor de duur van vier weken € 5,00 per week ingehouden van het aan de vreemdeling op de voet van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 toegekende leefgeld.
Bij uitspraak van 8 augustus 2023 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. B.J.P.M. Ficq, advocaat te Haarlem, hoger beroep ingesteld.
Overwegingen
1.       Het hoger beroep leidt niet tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank is namelijk terecht en op goede gronden tot haar oordeel gekomen. De Afdeling neemt de motivering onder 4.1 tot en met 6.2 van de uitspraak van de rechtbank over.
1.1.    Dit oordeel hoeft niet verder te worden gemotiveerd. De reden daarvoor is dat het hogerberoepschrift geen vragen bevat die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoord moeten worden (artikel 91, tweede lid, van de Vw 2000).
2.       Het hoger beroep is ongegrond. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd. Het COa hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. N. Verheij, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. L.S. van den Oosterkamp, griffier.
w.g. Verheij
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Van den Oosterkamp
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 12 juni 2024
941