ECLI:NL:RVS:2024:3440
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot vreemdelingen en minister van Asiel en Migratie
Op 26 augustus 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin vreemdelingen, die om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd hadden verzocht, in hoger beroep gingen tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De rechtbank had op 12 juni 2024 de beroepen van de vreemdelingen ongegrond verklaard, nadat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid hun aanvragen op 9 augustus 2023 niet in behandeling had genomen. De vreemdelingen verzochten de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, zodat zij niet zouden worden overgedragen voordat op hun hoger beroep was beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen.
De voorzieningenrechter overwoog dat het hoger beroep nader onderzoek vergt, vooral in het licht van een andere zaak die op 28 augustus 2024 zou worden behandeld, waarin het risico op pushbacks in Kroatië aan de orde zou komen. Gezien deze omstandigheden besloot de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening te treffen. De minister van Asiel en Migratie werd veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdelingen, die in totaal € 875,00 bedroegen, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De uitspraak benadrukt de zorgvuldigheid die in asielzaken in acht moet worden genomen, vooral wanneer er risico's zijn verbonden aan de overdracht van vreemdelingen naar andere landen. De voorzieningenrechter heeft de belangen van de vreemdelingen gewogen tegen de noodzaak van een zorgvuldige rechtsgang.