ECLI:NL:RVS:2024:3473

Raad van State

Datum uitspraak
28 augustus 2024
Publicatiedatum
28 augustus 2024
Zaaknummer
202404269/1/R3 en 202404269/2/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Rechters
  • N.H. van den Biggelaar
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestemmingsplan 'Dwarsvaartweg - Mooi Noordwolde' en de bescherming van de wilde boomkikker

Op 28 augustus 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak tussen een appellant, wonend in Noordwolde, en de raad van de gemeente Weststellingwerf. De zaak betreft een beroep tegen het besluit van de raad van 13 mei 2024, waarbij het bestemmingsplan 'Dwarsvaartweg - Mooi Noordwolde' werd vastgesteld. Dit bestemmingsplan voorziet in de bouw van 35 woningen op een terrein van een voormalige manege in Noordwolde. De appellant, wiens tuin grenst aan het plangebied, maakt zich zorgen over de aanwezigheid van de wilde boomkikker, een beschermde diersoort, in het plangebied. Hij betoogt dat de raad bij de vaststelling van het plan niet voldoende rekening heeft gehouden met de aanwezigheid van deze soort en dat er geen zorgvuldig onderzoek is verricht naar de populatie boomkikkers.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er voorafgaand aan de vaststelling van het plan onderzoeken zijn uitgevoerd door JM Ecologie, waaruit bleek dat boomkikkers niet in het plangebied zijn aangetroffen. Echter, tijdens een aanvullende veldcontrole op 2 mei 2024 zijn er wel boomkikkers aangetroffen, wat de zorg van de appellant onderstreept. De voorzieningenrechter oordeelt dat het besluit van de raad in strijd is met de zorgvuldigheidseisen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat de gevolgen van de vondst van boomkikkers niet zijn meegenomen in de besluitvorming.

Desondanks heeft de voorzieningenrechter besloten dat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven, omdat de raad alsnog op zorgvuldige wijze heeft gemotiveerd dat het wettelijke soortenbeschermingsregime niet in de weg staat aan de uitvoerbaarheid van het plan. Het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen, en de raad is veroordeeld tot het vergoeden van het griffierecht aan de appellant.

Uitspraak

202404269/1/R3 en 202404269/2/R3.
Datum uitspraak: 28 augustus 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) en, met toepassing van artikel 8:86 van die wet, op het beroep, in het geding tussen:
[appellant], wonend in Noordwolde, gemeente Weststellingwerf,
appellant,
en
de raad van de gemeente Weststellingwerf,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 13 mei 2024 heeft de raad het bestemmingsplan "Dwarsvaartweg - Mooi Noordwolde" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft [appellant] beroep ingesteld.
[appellant] heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
[appellant] heeft nadere stukken ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op een zitting behandeld op 13 augustus 2024, waar [appellant], bijgestaan door R.N.J. Koopman, en de raad, vertegenwoordigd door mr. M.J.F. Nuijens, advocaat te Groningen, en T. Mulder, zijn verschenen.
Partijen hebben toestemming gegeven onmiddellijk uitspraak te doen in de hoofdzaak.
Overwegingen
Overgangsrecht inwerkingtreding Omgevingswet
1.       Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Op grond van artikel 4.6, derde lid, van de Invoeringswet Omgevingswet blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd, het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip, van toepassing tot het bestemmingsplan onherroepelijk is.
Het ontwerpplan is op 28 november 2023 ter inzage gelegd. Dat betekent dat op deze beroepsprocedure het recht, waaronder de Wet ruimtelijke ordening, zoals dat gold vóór 1 januari 2024 van toepassing blijft.
Kortsluiting
2.       In dit geval kan nader onderzoek redelijkerwijs niet bijdragen aan de beoordeling van de zaak en bestaat ook overigens geen beletsel om met toepassing van artikel 8:86, eerste lid, van de Awb onmiddellijk uitspraak te doen in de hoofdzaak.
Inleiding
3.       Het bestemmingsplan voorziet in de bouw van 35 woningen op het terrein van een voormalige manege in het zuiden van Noordwolde, tussen de Dwarsvaartweg en het woongebied aan De Stelling.
4.       De tuin van [appellant] grenst aan het plangebied. [appellant] maakt zich zorgen om de volgens hem in het plangebied voorkomende wilde boomkikker als bedreigde en beschermde diersoort.
Boomkikker
5.       [appellant] betoogt dat de raad bij de vaststelling van het plan voorbij is gegaan aan de aanwezigheid van de populatie wilde boomkikkers in het plangebied. [appellant] betoogt dat het gebied niet aangetast mag worden en de wilde boomkikker niet mag worden gevangen, verplaatst of gedood voordat zorgvuldig onderzoek is verricht naar de aanwezigheid van de boomkikker. Tot nu toe heeft volgens [appellant] geen zorgvuldig onderzoek plaatsgevonden.
5.1.    De raad mag het plan niet vaststellen als en voor zover hij op voorhand redelijkerwijs had moeten inzien dat het wettelijke soortenbeschermingsregime aan de uitvoerbaarheid van het plan in de weg staat.
5.2.    Voorafgaand aan de vaststelling van het plan is de "Quickscan Noordwolde, Dwarsvaartweg 6" van JM Ecologie van 18 april 2023 opgesteld. Verder is door JM Laatvliegers een nader onderzoek opgesteld. Dit onderzoek is van 6 oktober 2023. De resultaten daarvan zijn in de plantoelichting beschreven en de betreffende onderzoeken zijn als bijlage bij de plantoelichting gevoegd. De conclusie van deze onderzoeken is dat het aspect soortenbescherming niet in de weg staat aan de uitvoerbaarheid van het plan. De raad heeft toegelicht dat boomkikkers tijdens voornoemde onderzoeken niet zijn aangetroffen in het plangebied. Ten aanzien van de boomkikker is in het kader van die onderzoeken opgemerkt dat die van nature niet voorkomt rond Noordwolde en dat waarnemingen betrekking hebben op uitgezette of ontsnapte boomkikkers.
5.3.    Naar aanleiding van vragen van omwonenden over de aanwezigheid van boomkikkers in het plangebied heeft op 2 mei 2024 een aanvullende veldcontrole plaatsgevonden door een deskundige van JM Ecologie. Tijdens deze controle zijn boomkikkers aangetroffen in een mestbak. Op 26 juni 2024 heeft een deskundige van JM Ecologie het plangebied wederom bezocht. De mestbak was toen compleet verlaten. In het plangebied werden geen boomkikkers aangetroffen.
5.4.    In het verslag van JM Ecologie van 2 juli 2024 naar aanleiding van de veldbezoeken van 2 mei 2024 en 26 juni 2024 staat de volgende conclusie: "Binnen het plangebied bevindt zich momenteel geen vast leefgebied van de boomkikker. Dit komt doordat er waarschijnlijk geen geschikt voortplantingswater aanwezig is binnen het plangebied. De watergangen rondom het plangebied worden niet gebruikt door de boomkikker, de watergang aan de westzijde is te donker en de watergangen aan de zuid- en oostzijde staan regelmatig droog en wanneer deze niet droog staan, zijn deze niet in gebruik door boomkikkers.
Het gebied is in het voorjaar tijdelijk gebruikt als voortplantingshabitat, maar enige tijd daarna compleet verlaten. In de mestbak werden maar twee larven aangetroffen van de boomkikker, waardoor de mestbak niet geschikt is als voortplantingswater voor de boomkikker, omdat verwacht werd dat de hele mestbak vol met larven zou zitten. Mogelijk is een deel van de eieren verloren gegaan of is het grootste deel van de eieren elders gelegd, omdat er geen tot weinig bevestigingsmogelijkheden zijn in de mestbak, de waterkwaliteit onvoldoende was of de eieren en larven gepredeerd zijn door bruine kikkers en bootsmannetjes."
5.5.    Het verslag van JM Ecologie van 2 juli 2024 is aan het provinciebestuur verzonden. Het college van gedeputeerde staten heeft vervolgens op 4 juli 2024 een bestuurlijk rechtsoordeel gegeven. Dit oordeel luidt dat de sloop van de manege en de realisatie van de nieuwbouwwijk niet zullen leiden tot een vergunningplicht voor een flora- en fauna-activiteit op grond van artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder g, van de Omgevingswet ten aanzien van de boomkikker.
5.6.    De voorzieningenrechter overweegt dat ten tijde van de vaststelling van het plan nog niet inzichtelijk was wat de gevolgen waren van het veldbezoek van 2 mei 2024 waarbij in het plangebied boomkikkers zijn aangetroffen. Gelet hierop is het plan vastgesteld in strijd met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid.
Conclusie
6.       Het beroep is gegrond. Het bestreden besluit dient wegens strijd met artikel 3:2 van de Awb te worden vernietigd.
7.       De voorzieningenrechter ziet echter aanleiding de rechtsgevolgen van het bestreden besluit met toepassing van artikel 8:72, derde lid, aanhef en onder a, van de Awb, in stand te laten, gelet op wat hiervoor in 5.4 en 5.5 is overwogen. Op grond van het verslag van JM Ecologie van 2 juli 2024 en het bestuurlijk rechtsoordeel dat het college van gedeputeerde staten heeft gegeven op 4 juli 2024 is de voorzieningenrechter van oordeel dat de raad alsnog op een zorgvuldige wijze heeft gemotiveerd dat het wettelijke soortenbeschermingsregime ten aanzien van de boomkikker niet in de weg staat aan de uitvoerbaarheid van het plan.
8.       Gelet op het voorgaande wijst de voorzieningenrechter het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af.
Proceskosten
9.       De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        verklaart het beroep gegrond;
II.       vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Weststellingwerf van 13 mei 2024 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Dwarsvaartweg - Mooi Noordwolde";
III.      bepaalt dat de rechtsgevolgen van dat besluit in stand blijven;
IV.     wijst het verzoek af;
V.      gelast dat de raad van de gemeente Weststellingwerf aan [appellant] het door hem voor de behandeling van het verzoek en het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 374,00 vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. N.H. van den Biggelaar, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. M. Priem, griffier.
w.g. Van den Biggelaar
voorzieningenrechter
w.g. Priem
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 28 augustus 2024
646