ECLI:NL:RVS:2024:3523
Raad van State
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- H.G. Sevenster
- P.A.M.J. Graat
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep en verzoek voorlopige voorziening in asielzaak
Op 9 juli 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam. Op 7 augustus 2024 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. H.E. Visscher, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 28 augustus 2024 uitspraak gedaan. De voorzieningenrechter overweegt dat het hoger beroep zich niet richt tegen de uitspraak van de rechtbank, omdat de vreemdeling niet heeft toegelicht waarom deze uitspraak onjuist zou zijn. Hierdoor kan de Afdeling geen inhoudelijk oordeel geven over het hoger beroep, wat leidt tot de conclusie dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is.
Daarnaast wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De minister van Asiel en Migratie hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, in tegenwoordigheid van mr. P.A.M.J. Graat, en is openbaar uitgesproken op 28 augustus 2024.