ECLI:NL:RVS:2024:3637

Raad van State

Datum uitspraak
9 september 2024
Publicatiedatum
9 september 2024
Zaaknummer
202405202/1/V2 en 202405202/2/V2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Herziening
Rechters
  • H.G. Sevenster
  • J.W. Prins
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van een eerdere uitspraak in vreemdelingenzaken met verzoek om voorlopige voorziening

Op 9 september 2024 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op de verzoeken van twee vreemdelingen om herziening van een eerdere uitspraak van 12 augustus 2024. De vreemdelingen hadden op 17 augustus 2024 verzocht om herziening van de uitspraak in de zaken met nummers 202404431/1/V2 en 202404431/2/V2, en vroegen tevens om een voorlopige voorziening. De Afdeling heeft in haar overwegingen vastgesteld dat herziening van een onherroepelijke uitspraak alleen mogelijk is op basis van nieuwe feiten of omstandigheden, zoals vastgelegd in artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De vreemdelingen hebben echter geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die een herziening zouden rechtvaardigen. Daarom heeft de Afdeling het verzoek om herziening afgewezen. Aangezien het verzoek om herziening is afgewezen, werd ook het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De minister is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, als voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. J.W. Prins, griffier. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 9 september 2024.

Uitspraak

202405202/1/V2 en 202405202/2/V2.
Datum uitspraak: 9 september 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op de verzoeken van:
[vreemdeling 1] en [vreemdeling 2],
verzoekers,
om herziening (artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van de uitspraak van de Afdeling van 12 augustus 2024, in zaken nrs. 202404431/1/V2 en 202404431/2/V2, ECLI:NL:RVS: 2024:3273, en om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Awb).
Procesverloop
Bij brief van 17 augustus 2024 hebben de vreemdelingen de Afdeling verzocht om herziening van de uitspraak van 12 augustus 2024 in zaken nrs. 202404431/1/V2 en 202404431/2/V2. Ook hebben zij de Afdeling verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.       De Afdeling kan onder omstandigheden een onherroepelijk geworden uitspraak herzien op grond van nieuwe feiten of omstandigheden (artikel 8:119, eerste lid, van de Awb). De vreemdelingen hebben zulke feiten of omstandigheden niet aangevoerd.
2.       Het verzoek om herziening wordt afgewezen. Het verzoek om voorlopige voorziening wordt daarom ook afgewezen. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        wijst het verzoek om herziening af;
II.       wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Aldus vastgesteld door mr. H.G. Sevenster, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. J.W. Prins, griffier.
w.g. Sevenster
voorzieningenrechter
w.g. Prins
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 9 september 2024
363-1021