ECLI:NL:RVS:2024:4236
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijkverklaring van de rechtbank in verband met onttrekking van wegen aan het openbaar verkeer
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 7 maart 2023, waarin [appellant] niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn beroep tegen een besluit van de raad van de gemeente Amsterdam. Dit besluit, genomen op 31 maart 2021, verklaarde het bezwaar van [appellant] tegen een eerder besluit van 10 juli 2020, waarbij wegen aan het openbaar verkeer werden onttrokken, ongegrond. De rechtbank oordeelde dat [appellant] geen procesbelang had en geen gronden had aangevoerd over de onttrekking van wegen. In hoger beroep betoogt [appellant] dat de rechtbank ten onrechte zijn beroep niet inhoudelijk heeft behandeld. Hij stelt dat de sloop van het Waddenwegviaduct en de wijze waarop de bestemmingsplannen tot stand zijn gekomen, niet goedgekeurd zijn zonder een stedenbouwkundig ontwerp voor het gehele Buikslotermeerplein. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bevestigt de uitspraak van de rechtbank. De Afdeling oordeelt dat [appellant] geen gronden heeft aangevoerd tegen het besluit tot onttrekking van wegen en dat hij andere rechtsmiddelen had moeten aanwenden voor zijn bezwaren tegen de sloop van het Waddenwegviaduct. Het hoger beroep wordt ongegrond verklaard en de raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.