ECLI:NL:RVS:2024:4692
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J. Schipper-Spanninga
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 12 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van een vreemdeling voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 5 november 2024 het beroep ongegrond verklaarde. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 15 november 2024 uitspraak gedaan op dit verzoek. De vreemdeling vroeg om te voorkomen dat hij wordt uitgezet totdat er op het hoger beroep is beslist, en om opvang en verstrekkingen. De voorzieningenrechter oordeelde dat het hoger beroep nader onderzoek vereist en dat de procedure zich daar niet goed voor leent. Gelet op de belangen van de vreemdeling, werd de voorlopige voorziening getroffen. De voorzieningenrechter bepaalde dat de vreemdeling niet mag worden uitgezet totdat er op het hoger beroep is beslist en veroordeelde de minister tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die op € 875,00 zijn vastgesteld, geheel toe te rekenen aan door een derde verleende rechtsbijstand.