ECLI:NL:RVS:2024:4802
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J. Schipper-Spanninga
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen minister van Asiel en Migratie
Op 22 november 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een aanvraag van een vreemdeling voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, die door de minister van Asiel en Migratie op 9 juli 2024 was afgewezen. De vreemdeling had hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 24 oktober 2024 het beroep gegrond verklaarde en de minister opdroeg een nieuw besluit te nemen. De minister heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij de uitspraak van de rechtbank niet hoeft uit te voeren totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat het hoger beroep nader onderzoek vereist, waarvoor de huidige procedure zich niet goed leent. Gezien de belangen van zowel de minister als de vreemdeling, heeft de voorzieningenrechter besloten om de voorlopige voorziening te treffen. Dit houdt in dat de minister van Asiel en Migratie geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de minister geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. J. Schipper-Spanninga, in tegenwoordigheid van mr. T. Toonen, griffier.