ECLI:NL:RVS:2024:4804

Raad van State

Datum uitspraak
20 november 2024
Publicatiedatum
22 november 2024
Zaaknummer
202405802/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
  • N. Verheij
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen beslissing college van bestuur Rijksuniversiteit Groningen inzake selectieprocedure bacheloropleiding Tandheelkunde

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 20 november 2024 uitspraak gedaan in een beroep van [appellant] tegen de beslissing van het college van bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) van 5 augustus 2024. Dit college had het bezwaar van [appellant] tegen een eerdere beslissing van 15 april 2024 ongegrond verklaard. In die beslissing was aan [appellant] voor de selectieprocedure van de bacheloropleiding Tandheelkunde het rangnummer 209 toegekend. Echter, [appellant] voldeed niet aan de vooropleidingseisen zoals vastgelegd in artikel 12, eerste lid, van het Reglement Selectie en Plaatsing van de RUG. Hierdoor kon hij, ongeacht zijn rangnummer, niet beginnen aan de opleiding. Tijdens de zitting heeft [appellant] erkend dat hij niet voldeed aan de eisen, wat leidde tot de conclusie dat hij geen belang had bij een inhoudelijke beoordeling van zijn beroep. De Afdeling verklaarde het beroep dan ook niet-ontvankelijk. [appellant] had aangegeven dat hij een oordeel wilde over de gang van zaken tijdens de bezwaar- en selectieprocedure, maar de Afdeling oordeelde dat deze wens niet als procesbelang kon worden aangemerkt. Het college van bestuur was niet verplicht om de proceskosten te vergoeden.

Uitspraak

202405802/1/A2.
Datum uitspraak: 20 november 2024
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellant], wonend in [woonplaats],
appellant,
en
het college van bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen (hierna: het CvB),
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 20 november 2024 om 12:15 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad: mr. N. Verheij, voorzitter
Griffier: mr. T. van Goeverden-Clarenbeek
Jurist: mr. D.T.J. van de Voort
Verschenen:
[appellant];
Het CvB, vertegenwoordigd door mr. I. Feenstra, S. Hoekstra en W. Baar.
Het beroep is gericht tegen de beslissing van 5 augustus 2024, waarbij het CvB het door [appellant] gemaakte bezwaar tegen de beslissing van 15 april 2024 ongegrond heeft verklaard. In de beslissing van 15 april 2024 heeft het CvB aan [appellant] voor de selectieprocedure van de bacheloropleiding Tandheelkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen (hierna: de RUG) het rangnummer 209 toegekend.
Beslissing
De Afdeling verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Motivering:
[appellant] voldoet niet aan de vooropleidingseisen als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van het Reglement Selectie en Plaatsing, behorende bij de Regeling inschrijving en collegegeld 2024-2025 van de RUG en kan daarom - los van de hoogte van het verkregen rangnummer - niet beginnen aan de bacheloropleiding Tandheelkunde. Op de zitting bij de Afdeling heeft hij dit desgevraagd erkend. Gelet daarop kan [appellant] met het beroep niet het doel bereiken dat hij beoogt te bereiken. Hij heeft daarom geen belang bij een inhoudelijke beoordeling daarvan.
Gevraagd naar het beoogde doel van deze procedure heeft hij medegedeeld dat hij een oordeel van de Afdeling wil krijgen over de in zijn ogen onjuiste en oneerlijke gang van zaken tijdens de bezwaar- en selectieprocedure. De wens van [appellant] om uitsluitend een principiële uitspraak te krijgen over het verloop van de bezwaar- en selectieprocedure is naar het oordeel van de Afdeling evenmin als procesbelang aan te merken.
Het CvB hoeft geen proceskosten te vergoeden.
w.g. Verheij
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Van Goeverden-Clarenbeek
griffier
488-1062