ECLI:NL:RVS:2024:4968
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak van vreemdeling tegen afwijzing verblijfsvergunning
Op 4 december 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De vreemdeling had op 20 oktober 2023 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Roermond, die op 6 november 2024 het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de vreemdeling op 19 november 2024 hoger beroep heeft ingesteld en dat de termijn voor hoger beroep nog niet was verstreken. Daarom heeft de voorzieningenrechter besloten om bij wijze van ordemaatregel een voorlopige voorziening te treffen, zodat de voorgenomen beëindiging van verstrekkingen op 5 december 2024 achterwege blijft. Tevens is de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn vastgesteld op € 875,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De uitspraak is gedaan door mr. N. Verheij, in tegenwoordigheid van mr. J.W. Prins, griffier, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.