ECLI:NL:RVS:2025:1073
Raad van State
- Hoger beroep
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de bewaring van een vreemdeling door de minister van Asiel en Migratie
Op 13 maart 2025 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag. De vreemdeling was op 9 januari 2025 door de minister van Asiel en Migratie in bewaring gesteld, en op 15 januari 2025 werd deze bewaring herhaald. De rechtbank had op 27 januari 2025 de beroepen van de vreemdeling tegen deze beslissingen ongegrond verklaard en de verzoeken om schadevergoeding afgewezen. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. A.M.V. Bandhoe, heeft hoger beroep ingesteld.
De Raad van State heeft in zijn uitspraak bevestigd dat de rechtbank terecht en op goede gronden tot haar oordeel is gekomen. De Afdeling heeft de motivering van de rechtbank overgenomen en vastgesteld dat het hogerberoepschrift geen vragen bevatte die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moesten worden. De Afdeling heeft ook geen reden gezien om de bewaring onrechtmatig te achten. Het hoger beroep is ongegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank is bevestigd. De minister is niet verplicht om proceskosten te vergoeden.