ECLI:NL:RVS:2025:1610

Raad van State

Datum uitspraak
10 april 2025
Publicatiedatum
10 april 2025
Zaaknummer
202501751/2/V2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • J. Schipper-Spanninga
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak betreffende machtiging tot voorlopig verblijf

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 10 april 2025 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening. De zaak betreft een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf, die door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 2 oktober 2020 was afgewezen. Tegen deze afwijzing hebben betrokkenen bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd op 12 juni 2024 ongegrond verklaard. Vervolgens hebben betrokkenen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 26 februari 2025 het beroep gegrond verklaarde, het eerdere besluit vernietigde en de minister opdroeg de gevraagde machtiging te verlenen. De minister van Asiel en Migratie heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat de uitspraak van de rechtbank niet uitgevoerd hoeft te worden totdat de Afdeling op het hoger beroep beslist. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het hoger beroep nader onderzoek vereist en heeft besloten om de voorlopige voorziening te treffen, waardoor de minister niet verplicht is om de uitspraak van de rechtbank uit te voeren totdat er een beslissing is genomen in het hoger beroep.

Uitspraak

202501751/2/V2.
Datum uitspraak: 10 april 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, derde lid, van die wet, hangende het hoger beroep van:
de minister van Asiel en Migratie,
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, van 26 februari 2025 in zaak nr. NL24.27284 in het geding tussen:
[betrokkene A] en [betrokkene B]
en
de minister.
Procesverloop
Bij besluit van 2 oktober 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om betrokkenen een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.
Bij besluit van 12 juni 2024 heeft de staatssecretaris het daartegen door betrokkenen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 26 februari 2025 heeft de rechtbank het door betrokkenen ingestelde beroep tegen het besluit van 12 juni 2024 gegrond verklaard, dat besluit vernietigd, het besluit van 2 oktober 2020 herroepen, bepaald dat de uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit en de minister opgedragen de gevraagde machtiging tot voorlopig verblijf aan betrokkenen te verlenen.
Tegen deze uitspraak heeft de minister hoger beroep ingesteld. Ook heeft zij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Betrokkenen hebben een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
Overwegingen
1.       De minister verzoekt de voorzieningenrechter de voorlopige voorziening te treffen dat zij de uitspraak van de rechtbank niet hoeft uit te voeren totdat de Afdeling op haar hoger beroep heeft beslist.
2.       Het hoger beroep vergt nader onderzoek, waarvoor deze procedure zich niet goed leent. Gelet hierop en op de belangen die de minister en betrokkenen naar voren hebben gebracht, ziet de voorzieningenrechter aanleiding een voorlopige voorziening te treffen.
3.       De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat de minister van Asiel en Migratie geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
Aldus vastgesteld door mr. J. Schipper-Spanninga, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. T. Toonen, griffier.
w.g. Schipper-Spanninga
voorzieningenrechter
w.g. Toonen
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 10 april 2025
979