ECLI:NL:RVS:2025:2143
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- W. den Ouden
- M. Schuurman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam inzake de betrouwbaarheid van beveiligingsmedewerkers
Op 7 mei 2025 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in het hoger beroep van First9 Beveiliging B.V. en [appellant A] tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 13 februari 2024. De zaak betreft de beoordeling van de betrouwbaarheid en integriteit van beveiligingsmedewerkers, waarbij de minister voor Rechtsbescherming als beoordelingsmaatstaf hanteert dat deze eigenschappen boven iedere twijfel verheven moeten zijn. De minister had eerder verzoeken van First9 en [appellant A] afgewezen, onder andere vanwege drie aangiftes van vervalste passen die door beveiligingsmedewerkers van Max9 zijn gebruikt. Tijdens de zitting werd besproken dat [appellant A] op 16 april 2024 door de strafrechter is veroordeeld tot een taakstraf van 120 uren wegens valsheid in geschrifte en identiteitsfraude. De Afdeling bevestigt de uitspraak van de rechtbank, waarbij de ingebrachte verklaringen van beveiligingsmedewerkers als onvoldoende worden beoordeeld in het licht van de aangiftes. De staatssecretaris is niet verplicht om proceskosten te vergoeden.