202107683/4/A3, 202201038/2/A3, 202204890/2/A3, 202206142/2/A3, 202301109/4/A3, 202302243/2/A3, 202302528/2/A3, 202303556/2/A3, 202303902/7/A3, 202305270/2/A3, 202400576/2/A3, 202400582/8/A3, 202404154/2/A3, 202406229/5/A3, 202407346/2/A3, 202407350/7/A3, 202501303/2/A3.
Datum beslissing: 20 juni 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op het verzoek van:
[verzoeker], wonend in Zwijndrecht,
verzoeker,
om toepassing van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb).
Procesverloop
Bij e-mailbericht, ingekomen op 23 mei 2025, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van staatsraad mr. E.J. Daalder als lid van de meervoudige kamer belast met de behandeling van de zaken nrs. 202303902/1/A3, 202400582/1/A3 en 202407350/1/A3.
Bij brief, ingekomen op 10 juni 2025, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van staatsraden Daalder, mr. J.M. Willems en mr. B.P.M. van Ravels, als leden van de meervoudige kamer belast met de behandeling van de zaken nrs. 202107683/1/A3, 202201038/1/A3, 202204890/1/A3, 202301109/1/A3, 202206142/1/A3, 202302243/1/A3, 202302528/1/A3, 202303556/1/A3, 202303902/1/A3, 202305270/1/A3, 202400576/1/A3, 202400582/1/A3, 202404154/1/A3, 202406229/1/A3, 202407346/1/A3, 202407350/1/A3 en 202501303/1/A3.
De staatsraden hebben niet in de wraking berust.
De staatsraden hebben ieder voor zich een schriftelijke uiteenzetting gegeven, waarbij staatsraad Daalder in zijn schriftelijke reactie ook namens de meervoudige kamer heeft gereageerd.
Bij brief van 19 juni 2025 heeft [verzoeker] de wrakingskamer gewraakt en zijn eerdere wrakingsverzoek gedeeltelijk ingetrokken en voor het overige aangevuld.
Een nieuwe wrakingskamer heeft bij mondelinge beslissing van dezelfde dag in zaak nrs. 202107683/5/A3, 202201038/3/A3, 202204890/3/A3, 202301109/5/A3, 202206142/3/A3, 202302243/3/A3, 202302528/3/A3, 202303556/3/A3, 202303902/8/A3, 202305270/3/A3, 202400576/3/A3, 202400582/9/A3, 202404154/3/A3, 202406229/6/A3, 202407346/3/A3, 202407350/8/A3 en 202501303/3/A3 het verzoek om wraking afgewezen en bepaald dat een volgend verzoek om wraking in de desbetreffende zaken niet in behandeling wordt genomen.
De Afdeling heeft het wrakingsverzoek van staatsraden Daalder, Willems en Van Ravels op de zitting van 19 juni 2025 behandeld. [verzoeker] heeft via een videoverbinding daaraan deelgenomen. De staatsraden hebben geen gebruik gemaakt van de gelegenheid te worden gehoord.
Overwegingen
Inleiding
1. Op verzoek van een partij kan ingevolge artikel 8:15 van de Awb elk van de rechters die een zaak behandelt, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2. Als maatstaf geldt dat een staatsraad uit hoofde van zijn aanstelling wordt verondersteld onpartijdig te zijn en dat het aan de verzoeker is om aannemelijk te maken dat zich bijzondere omstandigheden voordoen die een uitzondering op deze veronderstelling rechtvaardigen.
Verzoek om wraking van 23 mei 2025
3. [verzoeker] heeft bij e-mailbericht van 23 mei 2025 verzocht om wraking van staatraad Daalder in zaak nrs. 202303902/1/A3, 202400582/1/A3 en 202407350/1/A3. Daaraan heeft hij ten grondslag gelegd dat staatsraad Daalder de onjuiste opvatting heeft dat een griffier onafhankelijk van de rechter een beslissing kan nemen. Dat is in strijd met artikel 17 van de Grondwet. Bij binnenkomst van een procedure moet die aan een rechter worden toebedeeld, aldus [verzoeker].
Verzoek om wraking van 10 juni 2025
4. [verzoeker] heeft bij brief van 10 juni 2025 verzocht om wraking van staatsraden Daalder, Willems en Van Ravels in zaak nrs. 202107683/1/A3, 202201038/1/A3, 202204890/1/A3, 202301109/1/A3, 202206142/1/A3, 202302243/1/A3, 202302528/1/A3, 202303556/1/A3, 202303902/1/A3, 202305270/1/A3, 202400576/1/A3, 202400582/1/A3, 202404154/1/A3, 202406229/1/A3, 202407346/1/A3, 202407350/1/A3 en 202501303/1/A3. Daaraan heeft [verzoeker] ten grondslag gelegd dat staatsraad Daalder voormalig (plaatsvervangend) landsadvocaat is en dat hij daardoor niet onpartijdig is. Ter zitting heeft hij daarover aanvullend toegelicht dat onbekend is hoe het netwerk van staatsraad Daalder eruitziet, maar dat er nog veel lijntjes lopen tussen hem en advocatenkantoor Pels Rijcken. Daarnaast zijn de nevenfuncties van staatsraden Van Ravels en Willems niet opgenomen in het nevenfunctieregister. Verder hebben de staatsraden laten weten dat de zitting op 9 juli 2025 vijftien minuten zal duren. [verzoeker] gaat niet akkoord met een veegactie waarmee zijn recht op een eerlijke procedure en een daadwerkelijk rechtsmiddel wordt uitgehold. Deze handelswijze is in strijd met het recht op toegang tot de rechter zoals is neergelegd in artikel 17 van de Grondwet en artikel 6 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Hij heeft daarnaast geen reactie ontvangen op zijn voorstel om de zeventien zaken over vier dagdelen te spreiden, aldus [verzoeker].
Schriftelijke reactie gewraakte staatsraden
5. De schriftelijke reactie van staatsraad Daalder valt uiteen in twee delen.
6. Hij heeft te kennen gegeven dat wat [verzoeker] in zijn wrakingsverzoeken stelt, niet het oordeel rechtvaardigt dat daardoor de rechterlijke onpartijdigheid zou kunnen worden geschaad dan wel dat de objectieve vrees daarvoor gerechtvaardigd is. Hij heeft erop gewezen dat hij in zijn tijd als advocaat geen zaken heeft behandeld waarin [verzoeker] partij was. Dat [verzoeker] hem niet geschikt acht als rechter, is geen grond voor wraking. Dat hij in een eerdere wrakingsprocedure, waarin hij was gewraakt vanwege een beslissing van de griffier over vrijstelling van griffierecht, de vraag heeft opgeworpen of die beslissing via een wrakingsverzoek kan worden aangevochten, is dat volgens staatsraad Daalder evenmin. Beslissingen van griffiers in procedures worden onder verantwoordelijkheid van de rechter genomen.
7. Voor zover [verzoeker] zich verzet tegen regiebeslissingen die de meervoudige kamer heeft genomen in alle zeventien zaken, kan dat volgens staatsraad Daalder ook niet leiden tot toewijzing van zijn wrakingsverzoek. Hij heeft namens de meervoudige kamer toegelicht dat bij brief van 22 mei 2025 aan [verzoeker] is meegedeeld dat de Afdeling aanleiding ziet om de zitting van 9 juli 2025 in de zaken die op deze zitting zullen worden behandeld, uitsluitend te gebruiken om te bespreken of de zaken en de wijze van procederen van [verzoeker] al dan niet aanleiding geven voor het oordeel dat sprake is van misbruik van procesrecht. Voor het toelichten van zijn visie daarop is aan [verzoeker] bij aanvang van de zitting vijftien minuten spreektijd in het vooruitzicht gesteld, waarna, zo staat in de brief van 22 mei 2025, de Afdeling zal overgaan tot bespreking van deze kwestie. Ook is medegedeeld dat de Afdeling zich daarna zal beraden over haar oordeel over deze kwestie, dat wil zeggen over de ontvankelijkheid. Een nadere zitting ten behoeve van de inhoudelijke bespreking van de zaken zal worden gepland nadat de Afdeling de voorvraag heeft beantwoord en aan voortzetting van de procedure(s) wordt toegekomen. Deze procedurele beslissingen van de zittingskamer dienen volgens staatsraad Daalder de effectieve behandeling van de zaken en leveren geen grond op voor wraking. Van belemmering van de toegang tot de rechter is geen sprake. Deze beslissingen geven geen aanleiding aan te nemen dat de rechterlijke onpartijdigheid in geding is of dat daarvoor objectieve vrees bestaat, aldus staatsraad Daalder.
8. Staatsraden Willems en Van Ravels hebben gereageerd op het betoog van [verzoeker] dat hun nevenfuncties niet deugdelijk zijn gepubliceerd. Daargelaten dat dit door [verzoeker] in het wrakingsverzoek gestelde feit op zichzelf genomen geen feit is dat het oordeel rechtvaardigt dat daardoor de rechterlijke onpartijdigheid zou kunnen worden geschaad, dan wel dat de objectieve vrees daarvoor gerechtvaardigd is, is zijn stelling niet juist, aldus staatsraden Willems en Van Ravels. Zij hebben erop gewezen dat de nevenfuncties van staatsraden staan vermeld op de website van de Raad van State. Staatsraad Van Ravels heeft daarbij aangegeven dat zijn nevenfuncties daar ook te vinden zijn. Staatsraad Willems heeft aangegeven dat zij geen nevenfuncties bekleedt.
Brief van 19 juni 2025
9. In zijn brief van 19 juni 2025 heeft [verzoeker] zijn wrakingsgrond ten aanzien van staatsraad Willems ingetrokken voor zover het gaat om haar nevenfuncties. Verder heeft [verzoeker] zijn wrakingsgronden aangevuld door erop te wijzen dat staatsraad Daalder nu een ander standpunt inneemt ten aan zien van griffiers die een beslissing nemen dan hij eerder heeft gedaan in de procedure die heeft geleid tot de uitspraak van 10 mei 2023 in zaak nr. 202301109/2/A3. Ten slotte heeft [verzoeker] te kennen gegeven dat de informatie over de nevenfuncties op de website van de Raad van State niet volledig is bij gebreke van de data dat deze worden of zijn vervuld, deze nevenfuncties niet staan vermeld op de website van www.rechtspraak.nl en dat het niet volledig vermelden van de nevenfuncties kwalificeert als klachtwaardig gedrag.
Beoordeling van het wrakingsverzoek
10. Ter zitting zijn met [verzoeker] vijf wrakingsgronden besproken. De Afdeling zal in deze uitspraak die vijf gronden aanhouden en daarover een oordeel geven.
Eerdere functie van staatsraad Daalder
11. Staatsraad Daalder werkt sinds 1 januari 2016 bij de Afdeling. Wat [verzoeker] onder 4 naar voren heeft gebracht over zijn voormalige functie als (plaatsvervangend) landsadvocaat bij advocatenkantoor Pels Rijcken is feitelijk juist, maar leidt niet tot het oordeel dat staatsraad Daalder in deze zaken vooringenomen of partijdig is. [verzoeker] heeft geen objectieve feiten of omstandigheden naar voren gebracht waarmee hij aannemelijk heeft gemaakt dat zich bijzondere omstandigheden voordoen die een uitzondering rechtvaardigen op de maatstaf dat een staatsraad verondersteld wordt uit hoofde van zijn aanstelling onpartijdig te zijn.
Procesbeslissingen door de griffier onder verantwoordelijkheid van de rechter
12. [verzoeker] heeft erop gewezen dat staatraad Daalder zich in de procedure die heeft geleid tot de uitspraak van de Afdeling van 10 mei 2023 in zaak nr. 202301109/2/A3 op het volgende standpunt heeft gesteld:
"De correspondentie van de griffier in deze fase van behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden gedurende het vooronderzoek, dat geschiedt onder verantwoordelijkheid van de vooronderzoekskamer. Deze kamer bestaat uit de gewraakte staatsraden. Deze staatsraden hebben geen bemoeienis gehad met bedoelde correspondentie. Het heffen van griffierecht geschiedt door de griffier ter uitvoering van de hem in artikel 8:41 Awb opgedragen taak. Over de verschuldigdheid van griffierecht wordt uiteindelijk beslist door de rechter(s) bij diens (hun) uitspraak na sluiting van het onderzoek. De handelingen die de griffier vooruitlopend hierop bij de uitvoering van de hem opgedragen wettelijke taak verricht, zijn dan ook geen feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden."
In de onderhavige procedure heeft staatsraad Daalder in zijn schriftelijke reactie het volgende geschreven:
"Beslissingen van griffiers in procedures worden onder verantwoordelijkheid van de rechter genomen."
[verzoeker] betoogt dat staatsraad Daalder daarmee een tegenovergesteld standpunt inneemt. [verzoeker] stelt dat "staatsraad Daalder een ‘liegrechter’ is en dat dat zijn rechtelijke onpartijdigheid schaadt". De Afdeling volgt [verzoeker] daarin niet. Met de opmerking van staatsraad Daalder in deze procedure heeft hij zijn eerdere toelichting over het heffen van griffierecht aangevuld, in die zin dat dit altijd gebeurt onder verantwoordelijkheid van de rechter. Dat de feitelijke handeling door de griffier wordt verricht, doet daar niet aan af.
Nevenfuncties zijn niet juist geregistreerd
13. Staatsraden in de Afdeling vallen niet onder de reikwijdte van het nevenfunctieregister van rechters dat gepubliceerd wordt op de website van De Rechtspraak (www.rechtspraak.nl). De nevenfuncties van staatsraden in de Afdeling worden gepubliceerd op de website van de Raad van State (www.raadvanstate.nl) en kunnen daar door iedereen worden ingezien. De nevenfuncties van staatsraad Van Ravels staan hier ook vermeld. Dat de registratie op de website van de Raad van State wat betreft de vormgeving ervan anders is dan het nevenfunctieregister van De Rechtspraak, zoals [verzoeker] heeft toegelicht, rechtvaardigt niet de conclusie dat staatsraad Van Ravels niet onpartijdig zou zijn.
Brief over de zitting van 9 juli 2025
14. [verzoeker] heeft op 22 mei 2025 een brief van de Afdeling ontvangen over de zitting van 9 juli 2025. In die brief staat (citaat):
"Zoals u bekend is, behandelt de Afdeling op 9 juli aanstaande de zaken met bovenvermelde nummers op een zitting. De Afdeling zal deze zitting uitsluitend gebruiken om in alle zaken met u te spreken over de vraag of deze zaken en uw wijze van procederen al dan niet aanleiding geven voor het oordeel of daarbij sprake is van misbruik van procesrecht. Vanzelfsprekend heeft u op deze zitting de gelegenheid om daarover uw visie toe te lichten. U krijgt daarvoor bij aanvang van de zitting voor alle zaken gezamenlijk vijftien minuten spreektijd, waarna de Afdeling zal overgaan tot bespreking van deze kwestie.
Na afloop van deze bespreking zal de Afdeling zich beraden over haar oordeel over deze vraag en dus over uw ontvankelijkheid. De zaken zullen op 9 juli aanstaande dus niet inhoudelijk worden behandeld. Daartoe zal een nadere zitting worden bepaald als de Afdeling in alle zaken deze voorvraag heeft beantwoord en aan voortzetting van de procedure(s) wordt toegekomen."
[verzoeker] stelt dat "de Afdeling op 9 juli 2025 in vijftien minuten tientallen zaken erdoorheen wil jassen", maar dat blijkt niet uit de hiervoor geciteerde brief die hij heeft ontvangen. Daarin staat immers expliciet vermeld dat hij op 9 juli 2025 vijftien minuten spreektijd krijgt, waarna de Afdeling verder zal ingaan op de vraag of sprake is van misbruik van recht en of zijn ingestelde hoger beroepen ontvankelijk zijn. Daaruit kan dus niet afgeleid worden dat de staatsraden handelen in strijd met het recht op een eerlijke procedure en het recht op een daadwerkelijk en effectief rechtsmiddel, waardoor hun onpartijdigheid schade zou lijden. Als de staatsraden tot de conclusie komen dat zijn hoger beroepen ontvankelijk zijn, is het aan hen om te bepalen hoe de procedures verder inhoudelijk worden behandeld. Dat [verzoeker] van de staatsraden nog geen reactie heeft gehad op zijn voorstel om de zeventien te behandelen zaken in vier dagdelen te plannen, komt de Afdeling dan ook niet onlogisch voor. Van vooringenomenheid of de schijn daarvan, geeft dit geen blijk.
Contact met de voorzitter van de Afdeling
15. [verzoeker] heeft ter zitting toegelicht dat hij meermaals heeft verzocht om een reactie van de voorzitter van de Afdeling op zijn correspondentie over door hem gestelde onrechtmatige rechtspraak van de Afdeling en een claim die hij heeft ingediend. Een reactie van de voorzitter van de Afdeling blijft vooralsnog echter uit, aldus [verzoeker]. Wat [verzoeker] naar voren brengt over zijn correspondentie met de voorzitter van de Afdeling, staat los van deze procedure, waarin alleen het wrakingverzoek ten aanzien van staatsraden Daalder, Willems en Van Ravels voorligt. De Afdeling gaat daarom voorbij aan wat [verzoeker] op dit punt heeft gesteld.
Conclusie
16. Het bovenstaande leidt tot de conclusie dat er geen gronden zijn voor het oordeel dat sprake is van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen leiden. Het verzoek om wraking wordt dan ook afgewezen.
17. Hiervoor is er al op gewezen dat bij de mondelinge beslissing tot afwijzing van het wrakingsverzoek van [verzoeker] gericht tegen deze wrakingskamer, is bepaald dat een volgend verzoek om wraking in de hier voorliggende zeventien zaken niet in behandeling wordt genomen.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. P.H.A. Knol, voorzitter, en mr. J. Gundelach en mr. J.H. van Breda, leden, in tegenwoordigheid van mr. R.J.A. Meerman, griffier.
w.g. Knol
voorzitter
w.g. Meerman
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 20 juni 2025
960