ECLI:NL:RVS:2025:3047
Raad van State
- Hoger beroep
- B.P. Vermeulen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verblijfsvergunning asiel door de minister van Asiel en Migratie
Op 19 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de betrokkene om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, heeft op 20 november 2024 het beroep van de betrokkene gegrond verklaard, het besluit van de minister vernietigd en bepaald dat de minister een nieuw besluit moet nemen met inachtneming van de uitspraak. De minister heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
In het hoger beroep heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State geoordeeld dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank had een motiveringsgebrek geconstateerd, maar dit gebrek kan eenvoudig worden hersteld. De Afdeling bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het hoger beroep ongegrond is. De minister wordt veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de betrokkene, die in verband met de behandeling van het hoger beroep zijn gemaakt.
De uitspraak is gedaan door mr. B.P. Vermeulen, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van L.W. Lagaaij LLM, griffier. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 7 juli 2025.