ECLI:NL:RVS:2025:3057
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de beslissing van de minister van Asiel en Migratie om appellant in bewaring te stellen
Op 26 mei 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een besluit genomen om appellant in bewaring te stellen. Appellant heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam. Op 3 juni 2025 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Appellant, vertegenwoordigd door mr. E. El Assrouti, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het hoger beroep behandeld. In de overwegingen werd opgemerkt dat het hoger beroep zich niet richtte tegen de uitspraak van de rechtbank, omdat appellant niet heeft toegelicht waarom deze uitspraak volgens hem onjuist was. Hierdoor kon de Afdeling geen inhoudelijk oordeel vellen over het hoger beroep, zoals vereist onder artikel 85 van de Vreemdelingenwet 2000.
Uiteindelijk heeft de Afdeling het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard en bepaald dat de minister geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, in aanwezigheid van mr. W.M. Vos, griffier. De uitspraak vond plaats op 7 juli 2025.