ECLI:NL:RVS:2025:3165
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verblijfsvergunning asiel door minister van Asiel en Migratie
Op 10 oktober 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Appellant heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, maar deze heeft op 15 mei 2025 het beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft appellant hoger beroep ingesteld. De termijn voor het indienen van het hoger beroep eindigde op 12 juni 2025, maar het hogerberoepschrift is pas na deze datum bij de Raad van State binnengekomen. Appellant heeft geen redenen aangevoerd waarom het hoger beroep toch in behandeling zou moeten worden genomen. Hierdoor is het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. De minister is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarbij mr. H.G. Sevenster als lid van de enkelvoudige kamer heeft vastgesteld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is.