ECLI:NL:RVS:2025:3675

Raad van State

Datum uitspraak
6 augustus 2025
Publicatiedatum
6 augustus 2025
Zaaknummer
202500788/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Rechters
  • A.B. Blomberg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan De Run 7000 ASML 2024 te Veldhoven

Op 6 augustus 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak tussen Merapar Technologies Netherlands B.V. en de raad van de gemeente Veldhoven. Het betreft een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een beroep tegen het bestemmingsplan "De Run 7000 ASML 2024", dat op 10 december 2024 door de raad is vastgesteld. Verzoekers, waaronder Merapar, zijn bewoners en bedrijven in Veldhoven die zich verzetten tegen de omzetting van de bestemming van delen van het plangebied van 'Verkeer' naar 'Bedrijventerrein'. Zij vrezen voor verkeersproblemen door de toename van verkeersbewegingen die het bestemmingsplan met zich meebrengt. Tijdens de zitting op 31 juli 2025 is het verzoek behandeld, waarbij Merapar werd vertegenwoordigd door mr. W. Krijger en de raad door M. Yücesan-van Drunen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er geen spoedeisend belang is, omdat er op dat moment geen aanvraag voor een omgevingsvergunning was ingediend en de omstandigheden niet zodanig waren dat onomkeerbare gevolgen te verwachten waren. Het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen, met de mogelijkheid voor Merapar en anderen om in de toekomst een nieuw verzoek in te dienen als er nieuwe omstandigheden zijn. De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.

Uitspraak

202500788/2/R2.
Datum uitspraak: 6 augustus 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
Merapar Technologies Netherlands B.V. en anderen, alle gevestigd dan wel wonend in Veldhoven,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Veldhoven,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 10 december 2024 heeft de raad het bestemmingsplan "De Run 7000 ASML 2024" (hierna: het bestemmingsplan) vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben Merapar en anderen beroep ingesteld.
Merapar en anderen hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Merapar en anderen en de raad hebben nadere stukken ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op zitting behandeld op 31 juli 2025, waar Merapar en anderen, vertegenwoordigd dan wel bijgestaan door mr. W. Krijger, rechtsbijstandverlener in Baarle-Nassau, en [gemachtigde A], en de raad, vertegenwoordigd door M. Yücesan-van Drunen, zijn verschenen. Voorts is op de zitting ASML Netherlands B.V., vertegenwoordigd door [gemachtigde B], als partij gehoord.
Overwegingen
1.       Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Voor de beoordeling van het beroep blijft het recht zoals dat gold vóór 1 januari 2024 van toepassing.
2.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
Inleiding
3.       Het plangebied ligt aan de zuidzijde van Veldhoven, ten zuiden van de Kempenbaan. Het plangebied wordt aan de noordzijde gedeeltelijk begrensd door de Heiberg en gedeeltelijk door de woning De Run 6808 en omliggende gronden. Aan de oostzijde grenst het plangebied aan het bestaande ASML-terrein en aan de zuidzijde gedeeltelijk aan de snelweg A67 en gedeeltelijk aan ASML-terrein. Aan de westzijde grenst het plangebied aan de Heerseweg.
4.       ASML is voornemens haar (hoofd)vestiging in Veldhoven uit te breiden. Het bestemmingsplan maakt deze uitbreiding mogelijk, door aanpassingen van bouwvlakken, het betrekken hierbij van een deel van de ter plaatse aanwezige openbare weg, en een verhoging van de bouwhoogte in het gebied. De binnen het plangebied gelegen delen van de wegen Heiberg en De Run hebben in dit bestemmingsplan niet langer de bestemming "Verkeer", maar krijgen de bestemming "Bedrijventerrein". ASML is voornemens op deze gronden zogeheten clean rooms en een logistiek plein te realiseren.
5.       Verzoekers zijn eigenaar, bewoner of bedrijf wonend dan wel gevestigd aan de Heers, Heerseweg of De Run 8000 in Veldhoven. Verzoekers kunnen zich niet verenigen met de omzetting van de op het in het plangebied liggende deel van de Heiberg en De Run rustende bestemming "Verkeer" in de bestemming "Bedrijventerrein". Verzoekers vrezen voor problemen in de toekomstige verkeersafwikkeling om vanuit het plangebied en/of hun werk- of woongebied op de Kempenbaan te komen, omdat het toegenomen aantal verkeersbewegingen in de toekomstige situatie moet ontsluiten op de Kempenbaan via nog maar één kruising. Volgens verzoekers heeft de raad de verkeerssituatie in de plannen niet voldoende en concreet onderzocht, en is een aanvaardbare afwikkeling van het verkeer in het bestemmingsplan niet gewaarborgd.
Conclusie van de voorzieningenrechter
6.       Het verzoek van Merapar en anderen wordt afgewezen. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter ontbreekt spoedeisend belang. De voorzieningenrechter licht hierna toe waarom.
Spoedeisend belang
7.       De voorzieningenrechter stelt vast dat op het moment van de zitting van de voorzieningenrechter geen aanvraag voor een omgevingsvergunning is ingediend op grond van het bestemmingsplan. Verder is niet gebleken dat de nieuwe bouwmogelijkheden die het plan mogelijk maakt op dit moment aanleiding geven voor het uitvoeren van voorbereidende werkzaamheden die feitelijk onomkeerbare gevolgen zullen hebben en waarvoor het bestemmingsplan nodig is om deze uit te kunnen voeren. Anders dan de voorzieningenrechter in het verleden heeft geoordeeld, is de enkele stelling dat het voornemen bestaat om te gaan bouwen of een vergunningaanvraag in te dienen voor bouwen, onvoldoende om spoedeisendheid aan te nemen bij een verzoek om schorsing van een bestemmingsplan (zie de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling van 12 november 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4551).
7.1.    Merapar en anderen betogen dat, anders dan in de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling van 12 november 2024, hier sprake is van bijkomende omstandigheden. Volgens Merapar en anderen zijn de tekeningen en/of aanvragen voor de clean rooms namelijk al gereed en is het vooroverleg omtrent de vergunningaanvraag al geheel doorlopen. Verder heeft het college van burgemeester en wethouders van Veldhoven aan ASML al een omgevingsvergunning verleend voor de aanleg van een tijdelijke weg op haar terrein voor de duur van tien jaar. Ook heeft ASML de koopovereenkomst met de gemeente Veldhoven voor de gronden van de Heiberg getekend, aldus Merapar en anderen.
7.2.    ASML heeft op de zitting meegedeeld dat nog niet bekend is wanneer een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor de bouw van clean rooms wordt ingediend en dat een dergelijke aanvraag momenteel ook niet in voorbereiding is. Verder heeft ASML op de zitting meegedeeld dat alleen de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het logistieke plein in voorbereiding is en het de bedoeling is om deze zo snel mogelijk in te dienen. De raad heeft op de zitting toegelicht dat de door ASML getekende koopovereenkomst voor de gronden van de Heiberg inmiddels is vervallen door de werking van een ontbindende voorwaarde. Verder is van belang dat de tijdelijke weg niet binnen het plangebied van voorliggend bestemmingsplan is gelegen en de omgevingsvergunning voor die weg niet op basis van dit plan is verleend.
7.3.    Naar het oordeel van de voorzieningenrechter brengen de door Merapar en anderen aangevoerde omstandigheden, mede gelet op wat ASML en de raad op de zitting naar voren hebben gebracht, niet mee dat onomkeerbare gevolgen zullen optreden zodra het bestemmingsplan in werking treedt. Gelet hierop en op wat is overwogen onder 7 ontbreekt het spoedeisend belang.
Conclusie en proceskosten
8.       Gelet hierop bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen. Volledigheidshalve wijst de voorzieningenrechter erop dat Merapar en anderen een nieuw verzoek om voorlopige voorziening kunnen indienen als zich nieuwe of andere omstandigheden voordoen die maken dat alsnog een voorlopige voorziening moet worden getroffen voordat de Afdeling uitspraak heeft gedaan op het beroep.
9.       De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. A.B. Blomberg, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Kuipers, griffier.
w.g. Blomberg
voorzieningenrechter
w.g. Kuipers
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 6 augustus 2025
271-1150